Praktijkgebieden: Bestuursrecht, Ruimtelijke ordening
De stad is er vol van: flitsbezorgers voor super snelle bezorging van boodschappen met hun zogeheten ‘darkstores’ als verkooppunten. Deze bedrijven rijzen de afgelopen paar jaar als paddenstoelen uit de grond. De gemeenteraad van Amsterdam heeft onlangs ingestemd met een voorstel van het college van burgemeester en wethouders (het college van b&w) om per direct de vestiging van deze darkstores te bevriezen per voorbereidingsbesluit. Het college van b&w heeft dit voorstel ingediend omdat de bevoorrading van deze darkstores en het ophalen van de boodschappen door de koeriers zorgt voor drukte, geluids- en verkeerhinder. Dit zou overlast opleveren voor de buurtbewoners.
Voor de gronden waarop een voorbereidingsbesluit betrekking heeft geldt dat het gebruik daarvan zonder ontheffing van burgemeester en wethouders niet mag worden gewijzigd naar het verboden gebruik. Bestaand gebruik mag wel worden voortgezet. Een voorbereidingsbesluit geldt één jaar, het verbod kan vervolgens worden overgenomen door het ter inzage leggen van een ontwerpbestemmingsplan. Tegen het ontwerpbestemmingsplan kan een zienswijze worden ingediend en vervolgens kan tegen de vaststelling daarvan beroep worden ingesteld. Als het nieuwe bestemmingsplan in werking is getreden zal het gebruik van darkstores daarin niet zijn toegestaan. Haalt het bestemmingsplan de eindstreep niet, dan 'herleeft' het oude bestemmingsplan en is het gebruik weer toegestaan.
Onderhavig voorbereidingsbesluit geldt voor het gehele grondgebied van de gemeente Amsterdam en hierin is bepaald dat het verboden is om het gebruik van gronden en/of bouwwerken te wijzigen naar:
vormen van bedrijfsvoering die blijkens hun reclame-uiting, presentatie, assortiment of bedrijfsvoering zijn te kwalificeren als zogenoemde flitsbezorgdiensten vanuit darkstores. Waarbij darkstores en flitsbezorgdiensten bijzondere vormen van bedrijfsvoering zijn die niet zijn gericht op het klassieke winkelen, in de zin dat mensen ter plaatse komen om producten te vergelijken en uit te kiezen, en worden als volgt gedefinieerd:
Het voorbereidingsbesluit is voor een jaar geldig vanaf 27 januari 2022, hierna vervalt het.
Er zal dus binnen een jaar nieuw bestemmingsplan moeten worden ontworpen met de strekking van het voorbereidingsbesluit. En dit plan zal dan ook de rechterlijke toets moeten doorstaan. Een interessant punt in dit kader is dat uit de Europese Dienstenrichtlijn volgt dat aan het opnemen van assortimentsbesprekingen in bestemmingsplannen voorwaarden zijn verbonden (kort gezegd, er moet worden voldaan aan de voorwaarden van non-discriminatie, noodzakelijkheid, passendheid en evenredigheid). Het is de vraag of hieraan wordt voldaan in het nieuwe bestemmingsplan.
Update: Inmiddels zijn vergelijkbare voorbereidingsbesluiten genomen in andere gemeentes, namelijk Rotterdam (per 3 februari 2022), Gouda (per 16 februari 2022) en Vlaardingen (per 24 februari 2022). In al deze gevallen lijken de beweegredenen ook vergelijkbaar te zijn, namelijk om overlast voor buurtbewoners en de stap te beperken. Wij schreven een vervolgblog over dit onderwerp.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.