Praktijkgebieden: Bestuursrecht
De Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur (hierna: ‘Wet Bibob’) biedt een bestuurlijk instrument om overheden te ondersteunen bij het voorkomen van het ongewild faciliteren van criminele activiteiten. Het huidige kabinet is van plan de toepassingsmogelijkheden van deze wet te verruimen. Dit vergt wijziging van de Wet Bibob. Dit voorstel tot wijziging maakt onderdeel uit van de uit het regeerakkoord voortvloeiende inspanningen van het kabinet om de aanpak van ondermijnende criminaliteit te versterken. Het wetsvoorstel is nu nog in voorbereidende fase. De volgende stap is het inwinnen van advies van de Raad van State, daarna zal er in de Tweede en Eerste Kamer over gestemd worden. De opmerkelijkste voorgestelde wijzigingen worden in deze blog naar voren gebracht.
Uitbreiding mogelijkheden eigen onderzoek
Momenteel kunnen bestuursorganen en rechtspersonen met een overheidstaak zelfstandig onderzoek doen naar betrokkenen door o.a. de justitiële- en politiegegevens op te vragen en in te zien. Volgens overheden maken betrokkenen echter vaak gebruik van een stromanconstructie om dit te omzeilen. In het voorliggend wetsvoorstel is opgenomen dat bestuursorganen en rechtspersonen met een overheidstaak ook toegang krijgen tot de justitiële gegevens van ‘relevante’ derden: dit kunnen vermogensverschaffers, bestuurders, aandeelhouders, leidinggevenden of beheerders van betrokkenen zijn. Het idee hierachter is dat bestuursorganen zich op basis van een uitgebreider eigen onderzoek een beter oordeel kunnen vormen over de zakelijke omgeving van de betrokkene en daarmee over diens integriteit.
Uitbreiding toepassingsbereik Wet Bibob
De huidige wet is van toepassing op (bouw)vergunningen, vastgoedtransacties (bijvoorbeeld verhuur of verkoop van panden) en overheidsopdrachten in de sectoren bouw, milieu en ICT.
VastgoedtransactiesHet begrip vastgoedtransacties wordt uitgebreid met het nieuwe wetsvoorstel: ook de vermindering of beëindiging van deelname aan bijvoorbeeld een rechtspersoon zal hieronder vallen. Zo zal dus ook de verkoop van aandelen van een bedrijf die vastgoed in zijn bezit heeft verstaan worden onder ‘vastgoedtransactie’.
ErfpachtDoor het kabinet wordt voorgesteld voornoemd rijtje uit te breiden met de overdracht van erfpacht. Immers, in verschillende gemeenten (waaronder in het bijzonder de grotere gemeenten zoals Amsterdam, Utrecht en Den Haag) wordt grond in erfpacht uitgegeven. Nu kan de gemeente regelen in de akte van vestiging dat een erfpachter niet zonder toestemming van de gemeente de grond kan overdragen. Op deze manier kan de gemeente enig toezicht houden over de overdrachten. De mogelijkheden om informatie te vergaren over een beoogd verkrijger van de erfpacht zijn onder de huidige wet echter beperkt. Met het nieuwe wetsvoorstel wordt beoogd hier een einde aan te maken: het plan is om de wet ook van toepassing te verklaren op overdrachten van erfpacht zodat de gemeente een Bibob-advies kan vragen ten aanzien van de eventuele nieuwe erfpachten aan het Landelijk Bureau Bibob. Voorgaande geldt wel alleen in de gevallen dat in de akte van vestiging het toestemmingsvereiste is neergelegd.
OverheidsopdrachtenOnder het wetsvoorstel wordt het mogelijk om bij alle overheidsopdrachten een Bibob-onderzoek te doen in plaats van de huidige beperkte sectoren. Hierbij valt te denken aan het personenvervoer en de zorgsector, aldus de Memorie van Toelichting.
Concluderend kan er worden gesteld dat het voorstel beduidend meer mogelijkheden biedt om het Bibob-instrumentarium te gebruiken aan overheden en rechtspersonen met een overheidstaak. Dit betekent ook een (eventuele) zwaardere inbreuk op de privacy van degenen die onderwerp zijn van een Bibob-onderzoek. Bij de waarborgen hieromtrent kunnen vraagtekens worden gezet. Uit de wetsgeschiedenis van de huidige wet blijkt dat de geheimhoudingsverplichting de tegenhanger is van de vergaande mogelijkheden om (gesloten) inlichtingen over betrokkenen te mogen raadplegen. In het wetsvoorstel wordt de geheimhoudingsverplichting juist versoepeld. Het is de vraag op welke manier dit in de uiteindelijke nieuwe Wet Bibob vorm zal krijgen. Wij houden u omtrent ontwikkelingen over de Wet Bibob op de hoogte.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.