Praktijkgebieden: Zorg
Onlangs is in de serie Working Papers van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) de achtergrondstudie Big Data in de zorg verschenen, gechreven door Leo Ottes, senior adviseur bij de Raad voor Volksgezondheid en Samenleving (RVS). In de studie wordt verkend in hoeverre Big Data (de ontwikkeling waarbinnen grote hoeveelheden gegevens beschikbaar komen en met elkaar in verband kunnen worden gebracht) een bijdrage kan leveren aan de aanvulling van het tekort aan betrouwbare informatie in de zorg en wat daarvan de gevolgen kunnen zijn..
Gegevens die afkomstig zijn uit diverse verschillende domeinen, vaak helemaal niet op de zorg gericht, kunnen patronen zichtbaar maken die intuïtief niet voor de hand liggen. Maar ook de in toenemende mate gedigitaliseerde patiëntendossiers kunnen, indien de data daaruit grootschalig worden gecombineerd, bestaande kennislacunes opvullen.
Hoewel de studie geen specifieke juridische insteek heeft, legt deze toch een aantal juridische vraagstukken bloot. Dat er aan Big Data privacy-issues kleven mag genoegzaam bekend worden verondersteld. Gelukkig worden patiëntengegevens doorgaans geanonimiseerd voordat ze aan Big Data worden toegevoegd. Probleem is alleen dat van een individu zoveel gegevens toegevoegd zullen kunnen (gaan) worden, dat de-anonimisering vervolgens ook weer tot de mogelijkheden gaat behoren. Ondertussen kan het zo zijn dat de patiënt van niets weet, maar zijn of haar (potentiële) zorgverzekeraar al bezig is conclusies te trekken (en ook dat weer geautomatiseerd…)
Maar het houdt niet op bij de privacy. Er ligt ook een gevoeligheid op het gebied van de mogelijke concentratie van gegevens binnen bepaalde concerns (Apple, Google, Samsung). Wie de data heeft, heeft de (potentiële) kennis. Als we de farmaceutische industrie ook nog aan deze mix toevoegen dan ontstaat een mogelijk gevaarlijke commerciële cocktail. Er zullen waarborgen moeten worden ingebouwd om te zorgen dat kennis gedeeld blijft worden en dat fundamenteel en non-commercieel onderzoek niet op achterstand komen te staan.
Dan zijn er de gevolgen van het opkomende Internet of Things (waardoor enerzijds heel gemakkelijk gezondheids- en lifestyle-data beschikbaar komen, maar deze anderzijds ook bijzonder gemakkelijk zullen worden gedeeld). Voeg daarbij het beschikbaar komen van kunstmatige intelligentiesystemen als IBM's Watson en Artificiële Diagnose en Behandelplan lijken onder handbereik te komen. Hoe zit het dan met de aansprakelijkheid van de medische beroepsbeoefenaar? Big Data is geweldig in staat om mooie correlaties te leggen, maar dat zijn niet per definitie ook causale verbanden. Zijn systemen als Watson al in staat om die eruit te filteren?
En dat zijn nog lang niet alle juridische vragen die de studie bij mij oproept. Genoeg om nog geruime tijd mee bezig te blijven.
De WRR Working Paper kan hier worden gedownload in pdf (7MB).
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.