Praktijkgebieden: Arbeidsrecht
Het is vaste rechtspraak dat zieke werknemers die zich niet aan de voorschriften van hun werkgever houden, daarom niet op staande voet ontslagen kunnen worden (zij verliezen wel hun recht op loon). Bijna negen jaar geleden heeft de Hoge Raad dit uitgemaakt. Destijds hebben we over die uitspraak geblogd en ik gaf toen aan dat werkgevers veel moeite lijken te hebben met het niet betalen van loon aan hun zieke werknemer.Dat is sindsdien eigenlijk niet veranderd. De aanname dat het schenden van regels bij ziekte(verzuim) vaak ongestraft blijft, lijkt hier en daar zieke werknemers wat overmoedig te maken.
De kantonrechter in Groningen legde de regels kort geleden nog eens helder uit:Een magazijnmedewerker die al lange tijd zijn werk niet meer kon verrichten wegens klachten aan spieren en gewrichten liep regelmatig hard, hij liep zelfs marathons. Ook verrichtte hij allerlei lichamelijk zware klussen aan zijn eigen woning. Hij werd gezien, staande op een steiger, bij het vervangen van zijn dakgoten. Zijn werkgever had zelfs beeldmateriaal van deze activiteiten.
Vanzelfsprekend is de eerste gedachte die je bekruipt dat de man de kluit belazert en helemaal niet ziek, laat staan arbeidsongeschikt is. Het lastige aan dit soort zaken is dat dat niet per se het geval is. Soms mankeren mensen iets waardoor ze weliswaar hun werk niet meer kunnen verrichten, maar nog wel andere activiteiten kunnen verrichten.
De werkgever van deze man vond het echter wel érg bar, stellen dat je niet in een magazijn kunt werken vanwege pijn aan je gewrichten, en intussen wel klussen aan je huis, stellen dat je knieën te veel pijn doen om naar je werk te komen en intussen wel een marathon lopen.Zij ontsloeg hem op staande voet. Dat deed zij, heel verstandig, niet zozeer vanwege de twijfels aan zijn ziek-zijn, maar op grond van het feit dat de man niet met de bedrijfsarts had overlegd over de impact die zijn lichamelijk zware hobby's op zijn herstel en re-integratie hadden.
De magazijnmedewerker deed een beroep op het arrest van 2004, en stelde dat hij niet ontslagen mocht worden, omdat zijn werkgever hem “hooguit” geen loon verschuldigd was. Maar de kantonrechter oordeelde dat weliswaar het overtreden van controlevoorschriften niet met ontslag bestraft kon worden, maar het tegenwerken van je herstel en re-integratie onder omstandigheden wel.En lichamelijk zware activiteiten verrichten terwijl je moet werken aan je herstel van gewrichtsklachten, en (vooral) geen melding maken van die activiteiten aan de bedrijfsarts, dat werd door de kantonrechter zonder meer als het tegenwerken van de re-integratie gezien. Het ontslag hield stand.
Let wel, de kantonrechter oordeelt niet dat het marathonlopen bewees dat de man niet ziek was. Hij oordeelt dat hij niet had mogen hardlopen zonder overleg met de bedrijfsarts. Een subtiel, maar belangrijk verschil.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.