Praktijkgebieden: Arbeidsrecht
Zieke werknemers moeten zich aan controlevoorschriften houden. Dat saat in de wet. Wie weigert zich door de bedrijfsarts te laten onderzoeken moet dan dus ontslagen kunnen worden, in schrijnende gevallen zelfs op staande voet – toch? Toch niet.
Veel van onze werkgevers-clienten hadden grote moeite met onze adviezen wanneer wij ze moesten vertellen dat een werknemer die zich ziekmeldde – en in veel gevallen had de werkgever gegronde redenen om aan de juistheid van die melding te twijfelen – en vervolgens niet thuis gaf bij controle, of zelfs weigerde bij de arbodokter langs te gaan, niet om die reden op staande voet kon worden ontslagen.Voor veel werkgevers voelt ontslag op staande voet als de enige juiste sanctie voor een werknemer die op die manier “de kluit belazert”. Dat is vaak goed voorstelbaar, maar de wetgever heeft nu eenmaal een andere oplossing bedacht voor dit soort gevallen: er hoeft zolang de werknemer niet voldoet aan redelijke voorschriften geen loon te worden betaald.
De Hoge Raad heeft op 8 oktober jl. bevestigd wat wij (en met ons de meeste arbeidsrechtjuristen)al aannamen: de loonsactie is in principe de enige sanctie die kan worden opgelegd wanneer een werknemer niet voldoet aan controlevoorschriften.Een werkgever, een werkvoorzieningsorganisatie, had een werknemer (kennelijk bekend met drankgebruik en ongeoorloofd verzuim) op staande voet ontslagen omdat hij weigerde zich bij de arboarts te vervoegen, óók nadat de werkgever had aangeboden voor vervoer te zorgen. Hij verscheen óók nog eens in kennelijke staat op het gesprek waar hij de gelegenheid kreeg gehoord te worden.Hoeveel begrip je ook kunt hebben voor de wens van de werkgever niet langer samen te hoeven werken met een dergelijke werknemer, Gerechtshof en Hoge Raad waren onverbiddelijk: ontslag op staande voet is niet de juiste sanctie voor deze weigering; de werkgever had het loon in moeten houden.Uit met name de overwegingen van het hof blijkt wel wat de achtergrond is van deze regel: zolang niet kan worden vastgesteld of iemand niet toch echt ziek is (in het betreffende geval komt de werknemer naar voren als iemand met psychische problematiek; niet kan worden uitgesloten dat zijn houding voortvloeide uit zijn psychische decompensatie)kún je hem niet de sanctie opleggen die wel voor “gewone” werkweigering geldt.
Moet een werkgever dergelijk gedrag dan maar slikken? Natuurlijk niet. De Hoge Raad heeft niet geoordeeld dat een werkgever het dienstverband in een sitatie als deze niet mag beëindigen, maar alleen dat dit niet op staande voet mag. De uitspraak laat bovendien ruimte om aan te nemen dat als er aanvullende omstandigheden zijn, een ontslag op staande voet wel degelijk mogelijk kan zijn.
De les die werkgevers uit deze uitspraak zouden moeten trekken is dat ze het stoppen van het loon wat hoger op hun lijstje mogelijke sancties zetten. We merken vaak dat werkgevers aarzelen daartoe over te gaan wanneer een werknemer om welke (niet door de wet erkende)reden dan ook, niet werkt. Dat is jammer.Het kan bovendien emoties in de hand werken die de werkgever aanzetten tot te radicale, en daarmee averechts uitpakkende, beslissingen.
Wie de uitspraak zelf wil lezen kan onderstaande link aanklikken. U bereikt dan een zoekprogramma dat vraagt om een LJN nummer. Vul daar AO 9549 in.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.