Praktijkgebieden: Privacy
De Europese Commissie heeft op 21 april 2021 een voorstel gepresenteerd voor een regelgevingskader voor kunstmatige intelligentie (AI). Dat is een primeur: nergens ter wereld bestaat op dit moment regelgeving die zich specifiek richt op AI. Dat zal ook nog wel even zo blijven, want voordat het voorstel van de Commissie in wetgeving vastligt, moeten de lidstaten en het Europees Parlement zich er nog over buigen. Niettemin geeft het voorstel vermoedelijk een aardige indruk van het toekomstige normenkader.
Doelstelling is om te komen tot een AI-verordening, waarmee er dus een wet zal zijn die in alle lidstaten rechtstreeks van toepassing is, net als bijvoorbeeld de AVG. De grondrechten van EU-burgers zullen in de verordening een centrale rol spelen. Een risico-indeling van AI-systemen is daarbij een belangrijk middel. Bepaalde massasurveillancesystemen (zoals het Chinese systeem om “sociaal krediet” bij te houden) en systemen die burgers manipuleren worden verboden vanwege een onaanvaardbaar risico voor grondrechten.
AI-systemen die een hoog risico vormen, zoals AI die wordt toegepast in het onderwijs en bij wetshandhaving, zullen aan strenge eisen en dito toezicht worden onderworpen. Sommige van die eisen, onder meer over transparantie, beveiliging en verantwoording, doen sterk aan de AVG denken. Daarnaast moet de maker van het systeem toetsen of het aan alle voorwaarden voldoet, zoals nu bijvoorbeeld ook voor medische hulpmiddelen het geval is, en zal voor sommige systemen een registratieplicht gaan gelden. Voor systemen met een beperkt of minimaal risico zouden wat de Commissie betreft veel minder strikte, of zelfs helemaal geen, regels moeten gelden.
Het toezicht zou worden overgelaten aan nationale toezichtinstanties, waarbij elke lidstaat zelf mag bepalen welke toezichthouders er zullen zijn. Dat kan bijvoorbeeld de nationale privacyautoriteit zijn, maar ook een nieuwe toezichthouder. Daarnaast zou er een overkoepelend Europees comité moeten komen, waarin alle nationale toezichthouders zitting hebben, dat de uitvoering en implementatie van de regelgeving faciliteert en de handhaving coördineert.
Naast de meer algemene AI-verordening staat er ook een verordening op stapel die zich specifieker richt op de verwerking van AI in apparatuur, variërend van robotica voor huishoudelijk gebruik tot industriële productiemachines. Ook heeft de Commissie oog voor het investerings- en ontwikkelingsklimaat, met als doel de ontwikkeling van AI binnen de EU te stimuleren. De komende jaren zullen Parlement en lidstaten zich over de diverse plannen buigen. Wij zullen de voortgang nauwlettend blijven volgen!
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.