Praktijkgebieden: Ondernemingsrecht
De Ondernemingskamer (“OK”) is onderdeel van het Gerechtshof Amsterdam en vooral bekend van de enquêteprocedure. De enquêteprocedure is zeer geschikt voor het oplossen van geschillen binnen een rechtspersoon en het doorbreken van impasses. Om dergelijke geschillen te kunnen oplossen, kan de OK een onderzoek naar het beleid en de gang van zaken (de enquête) bij een rechtspersoon bevelen. Afhankelijk van de uitkomsten van dit onderzoek kan de OK maatregelen treffen.
Vaak wordt een enquêteverzoek ingediend door (een deel van) de aandeelhouders, maar ook de vennootschap zelf of bijvoorbeeld de ondernemingsraad kan de OK daarvoor benaderen. Aandeelhouders moeten aan bepaalde voorwaarden voldoen om ontvankelijk te zijn. Onder andere gelden er zogenaamde wettelijke kapitaalseisen. Op grond daarvan is een aandeelhouder die ten minste 10% van het geplaatste kapitaal vertegenwoordigt of € 225.000 aan nominaal aandelenkapitaal bezit, ontvankelijk in een enquêteverzoek. Daarnaast kan het enquêterecht in de statuten van de rechtspersoon of een overeenkomst waarbij de rechtspersoon partij is, zijn toegekend aan andere personen.
Een ontvankelijke partij zal de OK verzoeken een enquête te gelasten. Het verzoek wordt pas toegewezen als de OK gegronde redenen heeft om aan een juist beleid te twijfelen. Vaak wordt tegelijkertijd verzocht om het treffen van bepaalde onmiddellijke voorzieningen. Onmiddellijke voorzieningen kunnen worden ingezet om acute problemen op te lossen. Bij wijze van onmiddellijke voorziening kan bijvoorbeeld een zittende bestuurder worden geschorst en tijdelijk worden vervangen door een door de OK benoemde bestuurder.
Als de OK een enquête gelast, benoemt zij ook een onderzoeker. Deze onderzoeker heeft vergaande bevoegdheden. Van zijn bevindingen wordt een verslag opgesteld. Als uit het onderzoek blijkt dat er sprake is geweest van onzorgvuldig of laakbaar handelen van zo ernstige aard dat sprake is van strijd met elementaire beginselen van verantwoord ondernemen, kan de OK wanbeleid vaststellen. In die situatie kan de OK weer verschillende voorzieningen treffen, zoals bijvoorbeeld het ontslaan van bestuurders.
Tot zover de enquêteprocedure. De OK is ook bevoegd tot het behandelen van zaken over verschillende andere onderwerpen. Voor een volledig overzicht, wordt verwezen naar de volgende link op www.rechtspraak.nl. Minder bekend dan de enquêteprocedure is de uitkoopprocedure. In die procedure kan een aandeelhouder die ten minste (i) 95% van het geplaatst kapitaal vertegenwoordigt en (ii) 95% van de stemrechten in de algemene vergadering kan uitoefenen een vordering tegen de gezamenlijke andere aandeelhouders instellen tot overdracht van hun aandelen. Ook die procedure moet aanhangig worden gemaakt bij de OK.
Op 3 juli 2018 heeft de OK een (tussen)uitspraak gedaan in een uitkoopprocedure. In die uitspraak heeft de OK vastgesteld dat de verzoekende partij voldoet aan de bovengenoemde twee vereisten. Ook wordt overwogen dat sprake is van een vordering tegen de gezamenlijke andere aandeelhouders. De OK kan op basis van de processtukken echter niet vaststellen tegen welke waarde de aandelen moeten worden overgedragen (de uitkoopprijs). De OK benoemt een deskundige die een onderzoek naar de waarde van de over te dragen aandelen zal gaan uitvoeren. Onder verwijzing naar eerdere jurisprudentie, herhaalt de OK dat de deskundige de waarde van de aandelen per de datum van het tussenarrest (3 juli 2018) moet bepalen. De zaak ligt dus stil in afwachting van de uitkomsten van het deskundigenonderzoek. Tot die tijd houdt de OK iedere beslissing aan. Deze uitspraak is een mooi voorbeeld van de uitkoopprocedure in de praktijk.
Bij de OK zijn verschillende andere procedures aanhangig te maken. Wieringa Advocaten heeft veel ervaring met het voeren van dergelijke procedures. Als u vragen heeft over bijvoorbeeld de enquête- of de uitkoopprocedure kunt u contact opnemen met ons kantoor. Wij zijn u graag van dienst.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.