Praktijkgebieden: Conflictoplossing
Vanaf januari 2014 gold de vierde versie van het landelijk procesreglement voor civiele dagvaardingszaken in hoger beroep (“het oude procesreglement”). Het oude procesreglement had betrekking op alle gerechtshoven behalve Amsterdam en 's-Hertogenbosch. Amsterdam en ‘s-Hertogenbosch hanteerden afwijkende procesreglementen in het kader van een pilot. Aan de verschillende procesreglementen is een einde gekomen met de invoering van het vijfde landelijk procesreglement voor civiele dagvaardingszaken in hoger beroep (“het nieuwe procesreglement”). Het nieuwe procesreglement is op 1 september 2016 in werking getreden.
Procesreglement
Procesreglementen zijn in het leven geroepen om de werkwijze van de verschillende gerechten te harmoniseren. De procesreglementen bevatten (meestal landelijke) regels die betrekking hebben op het procesbeleid van de gerechten. De rechtbank en het gerechtshof hanteren eigen procesreglementen. Ook wordt een onderscheid gemaakt tussen procesreglementen voor dagvaardings- en procesreglementen voor verzoekschriftprocedures.
Het nieuwe procesreglement
Zoals gezegd hanteerden de gerechtshoven in Amsterdam en 's-Hertogenbosch afwijkende procesreglementen in verband met een pilot. Het doel van de pilot was het verkorten van doorlooptermijnen en het mogelijk maken van meer maatwerk. Om dat te bewerkstelligen golden in procedures bij de gerechtshoven in Amsterdam en ‘s-Hertogenbosch kortere termijnen en kon een procedure slechts beperkt worden aangehouden.
De resultaten van de pilot zullen positief geweest zijn, aangezien het nieuwe procesreglement gebaseerd lijkt te zijn op de procesreglementen van de pilot. Onder meer de kortere termijnen zien wij terug in het nieuwe procesreglement.
Wijzigingen
Ik bespreek twee wijzigingen. Indien onder het oude procesreglement niet-tijdig werd verzocht om pleidooi, kon een later verzoek alsnog worden ingewilligd. In het nieuwe procesreglement is deze bepaling komen te vervallen. Een andere wijziging betreft het overleggen van het procesdossier bij het vragen van arrest. Indien in een procedure waarop het oude procesreglement van toepassing was geen der partijen bij het vragen van arrest het procesdossier overlegde, werd de zaak 53 weken aangehouden. Onder het nieuwe procesreglement zal een zaak worden doorgehaald indien beide partijen verzuimen om het procesdossier over te leggen.
De hierboven besproken punten zijn slechts twee voorbeelden van wijzigingen. Aangezien het nieuwe procesreglement geldt voor alle zaken (dus ook die vóór 1 september 2016 zijn ingeschreven) is oplettendheid geboden!
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.