Praktijkgebieden: Intellectuele eigendom
Een kleine drie maanden geleden berichtten wij u over de mogelijkheid van auteursrecht op smaak. De voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag had kort daarvoor bepaald dat ook een smaak (in dit geval die van de “smeerdip” Heksenkaas) auteursrechtelijk beschermd kan worden en op die grond verlof verleend tot het leggen van bewijsbeslag bij de producent van een daarop gelijkende smeerdip. De kwestie heeft inmiddels een vervolg gekregen, en daaruit lijkt te volgen dat auteursrecht op smaak nog geen uitgemaakte zaak is.
In een procedure tegen de producent van een andere gelijksmakende smeerdip heeft de Rechtbank Gelderland eergisteren namelijk bepaald dat de maker van Heksenkaas onvoldoende duidelijk heeft gemaakt wat de elementen van de smaak van Heksenkaas zijn die voor auteursrechtelijke bescherming in aanmerking komen. Volgens de Heksenkaasmaker zelf zou dat ook niet mogelijk zijn: de smaak van Heksenkaas is niet te beschrijven en kan enkel geproefd worden. Hij stelde dan ook voor dat de rechtbank dat zou doen, maar daar had deze kennelijk geen trek in. Bovendien zag zij dat (terecht) niet als haar taak: het is aan de eiser om te stellen welke elementen van zijn creatie auteursrechtelijke bescherming verdienen.
De gedaagde producent voegde hier nog aan toe dat de smaak van een product varieert. Die smaak verandert onder meer naar gelang hoe oud het product is, hoe lang het is blootgesteld aan de lucht, op welke temperatuur het wordt genuttigd en op welk moment gedurende het houdbaarheidstraject dat gebeurt. Bovendien heeft iedere persoon een andere smaakbeleving, waardoor iedereen een andere smaak ervaart.
Is hiermee dan de korte carrière van smaak als werk ten einde? Niet per se. De rechtbank heeft zich in deze zaak niet gewaagd aan de principiële vraag of smaak een werk kan zijn, en slechts geoordeeld dat in dit specifieke geval onvoldoende is gesteld om tot auteursrechtelijke bescherming te komen. Wel blijkt uit de overwegingen van de rechtbank dat het voor een maker niet makkelijk is om aannemelijk te maken dat de door hem gecreëerde smaak auteursrechtelijk beschermd is. Probeer maar eens afzonderlijke elementen uit een smaak te benoemen, die dan ook nog eens een eigen, oorspronkelijk karakter en het persoonlijk stempel van de maker moeten hebben.
Vooralsnog lijkt smaak als werk dus nog wel even een theoretische mogelijkheid te blijven. Voor geuren is het in de praktijk echter ook gelukt (waarbij de auteursrechtelijk beschermde elementen door middel van een chemische analyse werden beschreven), dus deze kwestie wordt ongetwijfeld vervolgd.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.