Praktijkgebieden:
Breaking news in deze komkommertijd: overspelsite Second Love mag haar radioreclames blijven aanbieden, ook op het publieke net. Een klacht die de SGP jongerenorganisatie indiende bij de Reclame Code Commissie (RCC) is gisteren afgewezen. De klacht was eerder al, vermoedelijk door een zogenaamde “Voorzittersafwijzing“, terzijde gelegd, maar werd na bezwaar daartegen door de SGP jongeren vervolgens toch in behandeling genomen. Gisteren oordeelde de volledige commissie alsnog tot afwijzing.
De klacht betrof toch een op zichzelf redelijk onschuldig (en vooral ook heel kort) spotje:
“Ben jij ook gelukkig getrouwd? Ik ook. www.secondlove.nl“.
Dat is het. Men kan zich dus afvragen of de bezwaren van de SGP jongeren wellicht niet zozeer tegen het spotje (ook nog eens uitgezonden op het publieke net!) als wel tegen de site en de achterliggende dienst zelf gericht waren. Dat laatste overigens niet geheel ten onrechte: ook deskundigen bevestigen dat sites als Second Love een bom onder menige relatie leggen.
De klacht was gebaseerd op strijd met het fatsoen én strijd met de wet. Dat laatste slaat nergens op, maar de toelichting op het eerste punt heeft wel wat:“Echtgenoten die binnen hun huwelijk gelukkig zijn, worden aangemoedigd het gegeven woord en de beloofde huwelijkstrouw overboord te zetten door vreemd te gaan. De reclame voor deze dienstverlening is des te opmerkelijker vanwege het feit dat juist gelukkig getrouwde echtgenoten worden geadresseerd.”
Mwâh, niet onaardig gepresenteerd moet ik zeggen. In ieder geval hebben de SGP jongeren op deze manier de zaak goed in het juiste kader getrokken: het gáát uiteindelijk om de reclame-uiting! Geparafraseerd zou die kunnen luiden: “Hou je huwelijk goed: Ga vreemd!” Dat is een wat opmerkelijke oproep waar, als die serieus bedoeld is, wel fatsoensvraagtekens bij zouden kunnen worden geplaatst. In onze geseculariseerde samenleving kansloos, dat wel, maar in ieder geval pleitbaar.Dat geldt niet voor het tweede argument dat de SGP aanvoerde: strijd met de wet. In een nogal gezochte toelichting redeneert de klager hier ongeveer als volgt:– in artikel 1:81 van het BW staat dat echtgenoten elkaar getrouwheid, hulp en bijstand verschuldigd zijn; (klopt)– het niet voldoen aan die verplichting is wanprestatie; (klopt niet)– Second Love profiteert van die wanprestatie en dat is een onrechtmatige daad (klopt dus ook niet).Los van het mank gaan van de redenering geldt bovendien: deze argumentatie is gericht tegen de dienst en niet tegen de reclameuiting.Ik hoop en verwacht dan ook dat de RCC aan dit argument niet veel woorden vuil gemaakt heeft. Dat weten we echter nog niet, want de uitspraak wordt niet gepubliceerd zo lang de beroepstermijn van twee weken nog loopt.
Maar wat het fatsoens-argument betreft: uit eerdere beslissingen (waaronder deze en deze, die beide eveneens Second Love betroffen) valt wel alvast te construeren hoe daarmee om zal zijn gegaan.Vaste prik is dat de RCC overweegt dat zij zich bij een klacht wegens strijd met de goede zeden en het fatsoen, terughoudend opstelt “gezien het subjectieve karakter van die criteria“. Vervolgens zal worden overwogen dat het Second Love op zichzelf vrij staat reclame te maken voor haar diensten. De wijze waarop adverteerder haar dienst in de bestreden uitingen aanprijst zal de Commissie “-voornoemde terughoudendheid in acht genomen-“ vervolgens niet van dien aard hebben geacht dat de Reclamecode is overtreden. Waarop de geijkte uitsmijter zal volgen: ´Dat niet iedereen de uitingen en/of de daarin aangeprezen dienst zal waarderen, leidt niet tot een ander oordeel.”
Wisten de SGP jongeren dan niet dat ook deze klacht wel zo zou aflopen? Natuurlijk wel. Zij zitten waarschijnlijk al lang in de kroeg met de exploitant van Second Love, waarbij beide partijen proosten op de door de publiciteit gewonnen leden…
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.