icon

Exit geschriftenbescherming?

Afgelopen maandag is een internetconsultatie gestart over de afschaffing van de geschriftenbescherming voor niet-oorspronkelijke geschriften. Het conceptwetsvoorstel voorziet slechts in het schrappen van het woordje ‘alle' uit artikel 10, eerste lid sub1 van de Auteurswet. Dit lijkt op het eerste gezicht misschien een onbenullig detail, maar wel een met belangrijke gevolgen voor bepaalde partijen, zoals het Nederlands Normalisatie Instituut, waar Lex Bruinhof eerder over schreef.

De geschriftenbescherming beschermt zogenaamde onpersoonlijke of niet-oorspronkelijke geschriften. Zulke geschriften hebben, anders dan auteursrechtelijk beschermde werken, geen eigen, oorspronkelijk karakter en ontberen het persoonlijk stempel van de maker. Ze komen dan ook niet voor de ‘gewone' auteursrechtelijke bescherming in aanmerking. Om toch enige, zij het beperkte, bescherming te bieden, is voor deze categorie ooit de geschriftenbescherming in het leven geroepen. De wetgever van 1912 heeft dit gedaan door in artikel 10, eerste lid, onder 1 van de Auteurswet niet alleen boeken, brochures, nieuwsbladen en tijdschriften als auteursrechtelijk beschermd te verklaren, maar eveneens ‘alle andere geschriften'.

Onder dit bijzondere beschermingsregime bleken in de loop der jaren uiteenlopende soorten geschriften te vallen, waaronder catalogi, dienstregelingen, gebruiksaanwijzingen, technische tekeningen, telefoongidsen, puzzelwoordenboeken en proeftentamens. Ook radio- en tv-programmagegevens genieten de geschriftenbescherming, maar enigszins vooruitlopend op de afschaffing daarvan is voor deze geschriften eerder dit jaar al een nieuwe regeling opgenomen in de Mediawet.

Als gezegd is de beschermingsomvang voor niet-oorspronkelijke geschriften beperkt. Zo geldt de bescherming alleen indien het geschrift daadwerkelijk openbaar is gemaakt of bestemd is om openbaar gemaakt te worden, en uitsluitend wanneer er sprake is van bewijsbare ontlening. Wil een maker van een onpersoonlijk geschrift optreden tegen een vermeende kopie, dan zal hij moeten aantonen dat dat geschrift inderdaad overgenomen is van zijn origineel. Probeer dat maar eens te bewijzen met bijvoorbeeld een bestsellerlijst bestaande uit slechts vijf of tien boektitels.

De geschriftenbescherming had overigens al voor een deel aan belang ingeboet door de invoering van de Databankenwet, die bescherming biedt aan gegevensverzamelingen die tot stand zijn gekomen dankzij een substantiële investering. Via die weg zijn bijvoorbeeld verzamelingen van telefoonnummers, wettenverzamelingen en vacaturebanken beschermd. Bij de invoering van de Databankenwet gingen al stemmen op de geschriftenbescherming af te schaffen, omdat deze in strijd zou zijn met Europese regelgeving. Na het Football Dataco-arrest van het Europese Hof werd deze roep luider, omdat daaruit eens te meer zou blijken dat de geschriftenbescherming in strijd is met de Europese Auteursrechtrichtlijn.

In het concept van de memorie van toelichting bij de wijziging van de Auteurswet gaat de staatssecretaris daar niet al te diep op in, anders dan door te zeggen dat afschaffing van de geschriftenbescherming een einde maakt aan de rechtsonzekerheid die op dit gebied bestaat. Voordelen van het afschaffen van de regeling zouden verder zijn dat feitelijke informatie in het vervolg vrijelijk gedeeld kan worden en dat de Auteurswet voortaan alleen nog creatieve prestaties beschermt – en niet investeringen, zoals bij onpersoonlijke geschriften het geval is. Overigens zegt dezelfde memorie van toelichting ook dat de regeling nu vaak wordt ingezet voor oneigenlijke doelen, bijvoorbeeld om parallelimport te voorkomen. Afschaffing zou parallelimport bevorderen, daarom concurrentiebevorderend werken en zodoende een prijsvoordeel voor de consument opleveren. Het is mij niet geheel duidelijk hoe dit voordeel zich precies gaat verwezenlijken. Wellicht dat in de toekomst bijvoorbeeld gegevens van (buitenlandse) voetbalwedstrijden, waarover het Football Dataco-arrest ging, onbeperkt en gratis gedeeld kunnen worden, maar voor zover ik weet betalen de meeste consumenten hier nu al niet voor. Zou dat wel zo blijken te zijn, dan lijkt het mij in ieder geval niet waarschijnlijk dat uitgevers van sporttijdschriften hun abonnees een korting gaan aanbieden.

Belanghebbenden worden uitgenodigd om hun ideeën over de afschaffing van de geschriftenbescherming met de wetgever te delen. U kunt nog tot 11 april aanstaande reageren.

Heeft u vragen?

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.
Exit geschriftenbescherming?

Schrijf u in voor onze nieuwsbrief

Schrijf u in voor onze nieuwsbrief