Praktijkgebieden: Intellectuele eigendom
Toen ik beginnend advocaat was (derdejaars stagiair ofzo), had ik de eer en het genoegen juridische bijstand te mogen verlenen aan een televisieprogramma. Het heette “Meeste stemmen gelden” en was een poging een soort juryrechtspraak te bieden op televisie. Mensen die een conflict(je) hadden konden hun zaak bepleiten voor een heuse jury. Tevoren hadden ze zich in een vaststellingsovereenkomst over en weer verplicht de uitspraak van de jury te zullen naleven. Mijn taak lag o.a. in het maken van die vaststellingsovereenkomsten en het coachen van presentator Hans Böhm bij het goed samenvatten van de aan de jury voor te leggen vraag. Het programma heeft één seizoen gedraaid en halverwege was ik al niet meer nodig want de redactie had de truukjes inmiddels zelf wel door.
Maar dat halve seizoen stond wél mooi op de aftiteling: “Juridische adviezen: Lex Bruinhof, Wieringa Advocaten”. Daar was ik natuurlijk apetrots op. Maar ik vond het ook zeer terecht: ons kantoor en ik hadden ook meegeholpen en dus verdienden we een plaats op de aftiteling.
Ik moest hier aan denken toen ik las dat vanaf 1 januari ook de publieke omroep kennelijk de aftitelingen van programma’s sterk gaat bekorten of helemaal gaat afschaffen. Dit om het zogenaamde “doorkijken” te bevorderen (voorkomen van wegzappen naar een andere zender).Een groep belangenverenigingen van programmamakers heeft een protestbrief gestuurd aan het bestuur van de NPO. Zij wijzen er onder andere op dat het vertonen van de aftiteling een teken van respect is aan de vele mensen die ervoor gezorgd hebben dat het programma te zien geweest is. Bovendien is het van belang voor de carrière-ontwikkeling van die makers.
Ze hebben natuurlijk groot gelijk! Ik erger me al jaren aan de -door de commerciëlen ingezette- gewoonte om aftitelingen af te kappen, weg te draaien of in noodvaart over het scherm te rossen. Het consumentisme ten top! Hup, klaar met dit onderdeel en volgende programma erin. Niet gelegenheid bieden even na te mijmeren over een film of bij te komen van een mooi programma, onder kennisname van wie daar allemaal hun best voor hebben gedaan. Niks mogelijkheid geven even te checken hoe dat ene verwerkte nummer ook alweer heette of waar de opnamen plaatsvonden. Nee, we moeten verder want anders haken de zappers af! De (publieke) omroep moest zich schamen! Waar is het respect voor de makers? Waar is de opvoeding van het publiek? In het theater loop je toch ook niet weg als het doek is gevallen?
Gelukkig zijn er ook juridische argumenten om dit vreselijke plan te pareren (want met die schaamte gaan we het niet redden, vrees ik). De Auteurswet bepaalt uitdrukkelijk dat makers van een “filmwerk” (en die term omvat ook ieder televisieprogramma) het recht hebben hun naam op de titelrol geplaatst te zien en te eisen dat deze ook wordt vertoond! Ik verwijs u naar artikel 45e van de Auteurswet. De Wet op de Naburige Rechten kent een verwijzende bepaling in artikel 4 voor de uitvoerende kunstenaars. Wat de publieke omroep wil mág dus ook gewoon helemaal niet. Evenmin trouwens als hetgeen de commerciële omroepen al jaren doen. Het wordt tijd dat daar eens paal en perk aan wordt gesteld.
Naar ik begrijp willen de publieke-omroep-makers de kwestie eerst in overleg zien op te lossen. Wat wordt ingeleverd op de titelrol kan wellicht terugkomen in de Elektronische Programmagidsen, op Uitzending Gemist, etc. Nu is praten op zichzelf altijd goed, maar mij lijken de genoemde alternatieven geen verbetering. Bij een programma hoort een titelrol en die hoort te worden vertoond. Punt. En als daarvoor geprocedeerd moet worden, dan moet dat maar.Makers en uitvoerende kunstenaars: u vindt desgewenst mijn telefoonnummer elders op deze site. Respect!
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.