Praktijkgebieden: Intellectuele eigendom
Als ik blog dat ik u ergens van op de hoogte zal houden moet ik dat natuurlijk ook wel doen. Ik schreef onlangs over het toenemende gebruik van Usenet voor het downloaden van muziek en films, en de onmisbaarheid daarbij van een programmaatje dat de particles bij elkaar zoekt. Zo’n programmaatje is FTD, met een bijbehorende community die tevens spots plaatst en controleert. (Nu al te ingewikkeld? Lees mijn vorige bijdrage). De rechtbank Den Haag veroordeelde FTD wegens auteursrechtinbreuk en ik kondigde aan dat binnenkort uitspraak in hoger beroep te verwachten was.
Die uitspraak is er inmiddels (al een week of twee, *schaam*). En wat blijkt: het Gerechtshof Den Haag heeft de zaak weer keurig in perspectief getrokken. Het vonnis van de rechtbank is vernietigd: FTD maakt geen auteursrechtinbreuk en het is ook geen tussenpersoon bij het inbreuk maken (als bedoeld in artikel 26d Auteurswet; daarover meer in deze blog).
Maar FTD handelt wel onrechtmatig jegens auteursrechthebbenden. Het Hof:“Het komt er op neer dat FTD structureel/stelselmatig en doelbewust een applicatie in bedrijf houdt waardoor een activiteit (te weten illegaal uploaden) wordt gestimuleerd die, naar zij weet of moet weten, inbreuk op het auteursrecht van Eyeworks oplevert en (ernstig) nadeel voor Eyeworks teweegbrengt, terwijl zij, FTD, zelf van die activiteit profijt trekt.”
Keurig gedaan van het Haagse Hof, zoals verwacht. De activiteiten van “facilitator” FTD worden op één lijn gesteld met die van Mininova, the Pirate Bay en ook Grokster(in de beroemde Suppreme Court uitspraak uit 2005). Je hoeft geen auteursrechtinbreuk te maken om toch onrechtmatig te kunnen handelen.
Alleen hoef je dan niet de volledige redelijke proceskosten van de winnende partij te betalen. Het desbetreffende 1019h van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering werkt alleen bij IE-zaken en dat is dit dan dus niet. Zoals het Hof ook nog even heeft uitgelegd.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.