Praktijkgebieden:
In de voortdurende discussie over het downloaden van films en muziek van internet heeft muziek-auteursrechtenbureau Buma weer van zich laten horen. Het lijkt wel of deze organisatie altijd de herfst uitkiest om opzienbarende uitspraken te doen. Vorig jaar rond deze tijd was er immers grote beroering over de zogenaamde Youtube-taks, de heffing die Buma wilde gaan vragen voor het “embedden” van muziekvideo’s op websites en Facebook pagina’s. (Goed nieuws trouwens in dat verband: Eergisteren heeft Buma laten weten dat zo’n heffing voor 2010 definitief van de baan is; of dat ook voor 2011 gaat gelden moet nog blijken).
En nu dan de opmerkelijke uitspraak dat de Nederlandse auteurswet zou bijdragen aan het “digitaal witwassen van illegale content”. Buma doelt daarmee op het feit dat downloaden van films en muziek voor persoonlijk gebruik volgens de auteurswet altijd is toegestaan, óók als de betreffende content zonder toestemming van de auteursrechtebbende via internet beschikbaar is gemaakt. Volgens Buma betekent dit “downloaden uit illegale bron” in feite dat de betreffende content “zwart” het net op komt, en er “wit” weer vanaf gaat.
Leuk gevonden, Buma, maar het klopt natuurlijk niet. Een beschermd werk blijft gewoon een beschermd werk. Als de dowloader dat werk zelf weer beschikbaar zou stellen op het internet, of er CD’tjes van zou persen die hij op Koninginnedag verkoopt, zijn dat nog steeds verboden openbaarmakingshandelingen. Het werk is dus niet opeens zijn auteursrechtelijke status kwijtgeraakt in een soort “uitputting door download” of iets dergelijks.
De downloader maakt gewoon gebruik van wat op het internet beschikbaar is. Hij dobbert in de “free flow of information”. Over de herkomst daarvan hoeft hij zich gelukkig niet te bekreunen. Als Buma, Brein en andere organisaties van rechthebbenden (doorgaans meer de beroepsexploitanten dan de daadwerkelijke kunstenaars) zich druk maken over illegale bronnen op internet, dan zit er maar één ding op: die bronnen aanpakken. Zo zit de auteurswet in elkaar en daar is niets mis mee.
Lex Bruinhof is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied column.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.