Praktijkgebieden: ICT en internetrecht
Justitie heeft bij de Culemborgse Courant de IP-gegevens opgevraagd van iedereen die in de periode van 1 tot 4 januari een reactie heeft geplaatst op de website van die krant. Justitie is vooral geïnteresseerd in degenen die hebben gereageerd op berichtgeving over de rellen die zich in Culemborg in de eerste dagen van dit jaar hebben afgespeeld tussen Marokkaanse en Molukse jongeren. Naast de IP gegevens wil justitie ook de gegevens betreffende “datum en het tijdstip waarop de verbinding tot stand is gebracht en beëindigd en de duur van de verbinding”.
De Culemborgse Courant weigert vooralsnog de informatie te verstrekken en wordt daarin gesteund door haar provider. Volgens de krant is niet voldaan aan de voorwaarden die de wet aan een dergelijk verzoek stelt. Justitie baseert zich op artikel 126n Wetboek van Strafvordering. Dit artikel, dat in veel bredere zin het opvragen van verkeersgegevens bij communicatiediensten betreft, is in 2006 in de wet gekomen als onderdeel van de anti-terrorisme wetgeving (opgedragen door Europa). Bij de behandeling in de Eerste Kamer is destijds gewaarschuwd voor de privacy-aspecten: men zou een sleepnet kunnen uitgooien om slechts één visje te vangen. De minister van justitie heeft daarop in de kamer gesteld dat een vordering ex 126n Sv. alleen betrekking zou kunnen hebben op vooraf bepaalde gegevens, beperkt tot bepaalde personen. Daar blijkt hier echter niets van.
Digitale burgerrechtenorganisatie Bits of Freedom, gelukkig sinds vorig jaar zomer weer terug, grijpt de kwestie aan om nog eens duidelijk te maken dat dit niet de eerste keerniet de eerste keer is dat justitie een sleepnet uitgooit. Haar stelling “alleen het feit dat je een bepaalde site bezoekt maakt je al potentieel verdacht” is wellicht wat kort door de bocht, maar feit is dat als gevolg van de bewaarplicht veel surfgedrag bij “Big Brother” bekend kan worden. Zeker als deze bij zijn opsporingsactiviteiten gebruik kan maken van de sleepnet-methode.
Ik verwacht dat de Culemborgse Courant stand gaat houden, ook al dreigt potentieel een boete of zelfs gevangenisstraf. Het is goed dat op dit punt enige jurisprudentie zal worden ontwikkeld. De mededeling van de minister bij de parlementaire behandeling zal daarbij zeker een rol gaan spelen.
Lex Bruinhof is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied ict en internetrecht.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.