Praktijkgebieden: Intellectuele eigendom
Op de website van NRC Handelsblad stond deze week een mooi stukje onderzoeksjournalistiek. “Eén onzer redacteuren” had het nieuwe boek van de Amsterdamse PvdA voorman Lodewijk Asscher “De ontsluierde stad” kennelijk zeer grondig bestudeerd. Hij ontdekte namelijk twee passages in het boek (van 148 pagina’s) waarin Asscher zonder bronvermelding de teksten van een ander had “geleend” (zoals de kop eufemistisch uitdrukte). Eén passage kwam volgens de redacteur uit (het inmiddels terziele gegane) FEM Business. De andere -wellicht de grootste bron van de verontwaardiging- uit een column in de NRC.
In het online artikel kunnen de passages letterlijk met de bron worden vergeleken. Wat blijkt? Het gaat om relatief kleine stukjes tekst. Uit FEM Business zijn twee zinnen letterlijk overgenomen en is een andere zin enigszins geparafraseerd. Uit de NRC column is iets meer gehaald (ook hier deels letterlijk en deels geparafraseerd). In geen van de gevallen gaat het om tekst die als bijster oorspronkelijk moet worden aangemerkt, al zal de auteursrechtelijke “werk-toets” (eigen oorspronkelijk karakter en persoonlijk stempel van de maker) wel worden gehaald.
De koninklijke weg is in zo’n geval: aanhalingstekens gebruiken en bron vermelden. Maar dat gebeurt wel vaker niet. Al met al vind ik het voornamelijk knap van de redacteur dat hij of zij zich herinnerde deze zinnen al eens eerder gelezen te hebben. Maar om daar nu een heel artikel aan te wijden…
Dan had ik er toch tenminste nog dit saillante detail aan toegevoegd: Lodewijk Asscher begon zijn werkende leven ooit als promovendus bij het IVIR (het instituut voor informatierecht aan de Universiteit van Amsterdam), waar o.a. op topniveau auteursrecht wordt beoefend. In dat verband is zijn door NRC opgetekende reactie (“Als de manier waarop ik daaruit [de NRC column, LB ] citeer niet in orde is, spijt me dat verschrikkelijk”) wel interessant.Asscher promoveerde echter op een mediarechtelijk onderwerp…
Lex Bruinhof is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied intellectuele eigendom.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.