Praktijkgebieden: Intellectuele eigendom
Het Gerechtshof te Den Bosch deed gisteren uitspraak in een reeds lang slepende zaak tussen enerzijds Adidas en anderzijds C&A, H&M en Marca. Inzet: het bekende drie strepen merk van Adidas en de vraag of daarop nu wel of niet inbreuk wordt gemaakt als een concurrent twee strepen langs mouw en/of broekspijp laat lopen. Uitkomst: niet. Volgens het Hof, althans. Eerder (om niet te zeggen: veel eerder, namelijk al in 1998) had de Rechtbank anders geoordeeld.
Het gaat bij de strepen van Adidas wel degelijk om een merk, ja zelfs om een algemeen bekend merk. En aan laatstgenoemde categorie komt onder omstandigheden een extra bescherming toe. De onderscheidingskracht was wellicht in het begin niet zo groot, zoals ook het Hof overwoog, maar door intensieve reclame-campagnes van Adidas is dat geheel anders geworden. Iedereen moet dus met zijn vingers van de drie strepen afblijven.Maar… óók van twee strepen?
Nee, zegt het Hof. Het feit dat het drie-strepen-motief door inburgering een grote onderscheidende kracht heeft gekregen brengt niet met zich mee dat de beschermingsomvang zich daardoor mede is gaan uitstrekken over andere streepmotieven. Strepen en eenvoudige streepmotieven zijn tekens die zich niet lenen voor zo'n “in de breedte uitwaaierende monopolisering”. Ze zijn algemeen gangbaar en moeten daarom ook voor derden beschikbaar zijn, ook wanneer één bepaald streepmotief zich heeft weten op te werken tot een algemeen bekend merk met grote onderscheidende kracht.Van verwarring bij de consument kan volgens het Hof geen sprake zijn omdat het verschil (drie strepen of twee) direct opvalt. Dit “essentiële, want direct in het oog springende verschil” verhindert het aannemen van verwarring.
Adidas kon nog één troef in de strijd werpen, namelijk een stukje door haarzelf veroorzaakte jurisprudentie. In een soortgelijke procedure die zij tegen Fitnessworld had aangespannen had het Europese Hof van Justitie in 2003 namelijk een aanvullende bescherming voor bekende merken aangenomen. Deze bescher-ming, tegen aanhaken, verwatering en reputatieschade, geldt óók als er geen sprake is van verwarring. Voldoende is dat er een zodanige overeenstemming bestaat met het merk dat het in aanmerking komende publiek een verband legt met dat merk.Maar ook die situatie doet zich volgens het Hof niet voor en daarmee is de zaak afgedaan. …Tot de volgende instantie in ieder geval.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.