Praktijkgebieden: Privacy
Het 'http State Management Protocol' is in strijd met de binnen de EU geldende privacyregels. Dat is een van de conclusies in de doctoraalscriptie van de Groningse studente Informatiekunde Nicoline Braat die onlangs op internet werd gepubliceerd. Het genoemde protocol regelt het plaatsen van zogenaamde 'cookies' op de computer van een websitebezoeker op de harde schijf van diens computer.
De 'cookie' plaatst een tekstfile op de harde schijf, waarmee het voor de websitebeheerder mogelijk is informatie over de bezoeker vast te houden en diens gedrag te analyseren. Bij een volgend bezoek aan de website wordt de bezoeker aldus door de server waarop de website draait 'herkend' en kan nieuwe informatie worden toegevoegd. Die informatie wordt in hoofdzaak bewaard in een database op de server.
Mevrouw Braat stelt dat het protocol op diverse vlakken de privacyregels schendt. Dit gebeurt onder andere omdat het protocol op geen enkele wijze voorziet in 'feedback' aan de websitebezoeker, waarbij wordt aangegeven dat er informatoe wordt verzameld. Het is een feit dat ook de Nederlandse Wet Bescherming Persoonsgegevens als eis stelt dat een betrokkene wordt geinformeerd wanneer er persoonsgegevens van hem worden verwerkt.
Een website kan in de praktijk elk gegeven verzamelen dat de bezoeker bloot geeft. Ook het 'lekken' van de verzamelde gegevens aan derden wordt door het protocol niet voorkomen.Men kan er uiteraard wel voor kiezen de computer zo in te stellen dat deze geen cookies meer accepteert (of waarschuwt als er cookies worden aangeboden). Dat is dan echter een eigen keuze van de internetbezoeker en zit niet in het protocol opgesloten.
De vraag blijft overigens of een cookie in alle gevallen persoonsgegevens bevat die herleidbaar zijn tot een identificeerbare bestaande persoon. Dat is vooralsnog wel een voorwaarde om de Nederlandse privacywet toepasselijk te doen zijn.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.