Praktijkgebieden: Schaarse rechten, Vastgoed
Wij schreven eerder over de zoektocht naar de gevolgen van het Didam-arrest. Er is nu een nieuwe publicatie, die voor de praktijk behulpzaam kan zijn. In opdracht van het Ministerie van BZK, de NEPROM, de VNG en de VvG heeft prof. dr. ir. A.G. Bregman de ‘Handreiking implementatie van het arrest Didam in het gemeentelijke grond(uitgifte)- beleid ten behoeve van vastgoed- en gebiedsontwikkeling‘ geschreven.
De Handreiking is geschreven als hulp bij gronduitgifte door een overheidslichaam, bijvoorbeeld ten behoeve van verwerking ervan in het gemeentelijk Gronduitgiftebeleid. De Handreiking behandeld grosso modo twee onderwerpen:
1. De juiste en adequate inrichting van een openbare selectieprocedure indien deze op grond van het arrest voor de vervreemding van onroerende zaken moet worden gevolgd en
2. Mogelijkheden om een één-op-één-samenwerking met een marktpartij te kunnen aangaan en hoe de openbare publicatie in dat geval dient plaats te vinden.
Hiermee is tevens het bereik van de Handreiking aanzienlijk beperkt. De Handreiking werpt geen licht op of het arrest ook van belang kan zijn voor andere vormen van gronduitgifte en of dan dezelfde voorwaarden gelden. Bij andere vormen van uitgifte gaat het om erfpacht- en opstalrechten, maar ook persoonlijke gebruiksrechten zoals huur, ruil, bruikleen, pacht en andere (aan de ontwikkeling en realisatie van) vastgoed gerelateerde overeenkomsten zoals publiek-private samenwerkingsovereenkomsten waarin dergelijke rechten worden vergeven. In het algemeen wordt aangenomen dat dit wel het geval is.
De rechterlijke uitspraken waarop de Handreiking is gebaseerd zijn bovendien in de regel gegeven in voorlopige voorzieningenprocedures. De duurzaamheid van die uitspraken moet nog blijken.
De Handreiking beoogt wel te verduidelijken wanneer er sprake is van één serieuze gegadigde. Dat is de uitzondering waarin de mededingingsruimte door middel van een selectieprocedure niet hoeft te worden geboden. De Handreiking bespreekt diverse onderwerpen zoals bouwclaims, compensatie/ruil, toevoeging van aangrenzende grond, specifiek vastgoed op een specifieke locatie, initiatieven vanuit de markt en gemengd publiek-private eigendom in een gebied dat integraal dient te worden ontwikkeld (waarbij samenwerking met marktpartijen en daaruit voorvloeiende gemeentelijke grondverkoop ter voorkoming van onteigening een criterium kan vormen dat heel wel past in de gemeentelijke beleidsruimte).
Over de gevolgen van het Didam-arrest is met deze Handreiking bepaald niet het laatste woord gezegd. In de zoektocht naar duidelijkheid is er genoeg reden om de Handreiking te vermelden
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.