Praktijkgebieden: Arbeidsrecht
Met invang van 30 november 2008 konden werkgevers die wegens de kredietcrisis een acuut omzetverlies leden een verzoek voor werktijdverkorting indienen voor hun werknemers. Deze bijzondere regeling arbeidstijdverkorting was een aangepaste regeling van de al langer bestaande mogelijkheid voor werkgevers om bij niet tot de gebruikelijke ondernemersrisico’s behorende calamiteiten als brand, epidemie of een overstroming arbeidstijdverkorting aan te vragen. Deze regeling werd toen uitgebreid naar omstandigheden die in feite wel tot het normale ondernemersrisico behoorden.
De bijzondere regeling werktijdverkorting is met ingang van 21 maart jl. komen te vervallen. In plaats daarvan hebben regering en sociale partners besloten tot verruiming van de regeling deeltijd WW. Wat is het doel van deze regeling en wat behelst zij?
Deeltijd WW moet bedrijven die in beginsel gezond zijn maar geconfronteerd worden met teruglopende orders en inkomsten helpen door de crisis heen te komen zonder dat deze bedrijven tot de drastische maatregelen van ontslag hoeven over te gaan.
Werkgevers krijgen daartoe de mogelijkheid om de werktijd tijdelijk met maximaal 50% te verkorten. De betrokken werknemers ontvangen voor deze maximaal 50% een WW-uitkering. De werknemers blijven daarbij voor de volle 100% van hun arbeidsovereenkomst in dienst van de werkgever. De maximale periode waarover werkgevers gebruik kunnen maken van deze regeling is 15 maanden.
Om een beroep te kunnen doen op de regeling dienen werkgevers aan een aantal voorwaarden te voldoen waaronder het hebben bereikt van overeenstemming met de bonden. Als er geen bonden beschikbaar zijn, dient overleg plaats te vinden met een andere werknemersvertegenwoordiging. Dit zal vaak de Ondernemingsraad zijn.
Het is vervolgens aan het UWV om de WW-aanvraag te toetsen.
De regeling gaat in op 1 april 2009 en zal gelden tot 1 januari 2010.
Liesbeth Heidstra is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied arbeidsrecht.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.