Praktijkgebieden: Vennootschapsrecht
Deze maand heeft de Eerste Kamer een wetsvoorstel aangenomen waardoor de aandeelhouders van een vennootschap vanaf 1 januari a.s. op afstand kunnen stemmen in een aandeelhoudersvergadering, dat wil zeggen via internet of e-mail. Dit wetsvoorstel is het gevolg van ontwikkelingen op dit gebied in en buiten Europa en, zij het in beperktere mate, ook van de aanbevelingen van de Commissie Tabaksblat.
Het wetsvoorstel, dat praktisch gezien zal worden ingevuld door invoering van twee nieuwe artikelen in Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek (één voor de Naamloze Vennootschap en één voor de Besloten Vennootschap), heeft tot doel de betrokkenheid van aandeelhouders te vergroten en zo de soms bedroevende opkomst bij aandeelhoudersvergaderingen te verhogen.
Fysieke aanwezigheid bij een aandeelhoudersvergadering zal dus niet langer vereist zijn om een stem uit te kunnen brengen. Het wetsvoorstel waarborgt namelijk dat de virtueel aanwezige aandeelhouder op gelijke voet staat met de fysiek aanwezige aandeelhouder.
Naast de mogelijkheid tot stemmen op afstand zijn andere belangrijke gevolgen van het wetsvoorstel dat aandeelhouders via internet of e-mail het woord kunnen voeren op de aandeelhoudersvergadering; dat de aandeelhouders in de gelegenheid worden gesteld hun stemmen voorafgaand aan de aandeelhoudersvergadering via internet of e-mail uit te brengen; dat houders van toonderaandelen via een publicatie op de website van de NV kunnen worden opgeroepen voor de algemene vergadering; en dat houders van aandelen op naam via een e-mailbericht kunnen worden opgeroepen voor de algemene vergadering.
Het wetsvoorstel heeft mede tot doel de administratieve lasten voor het bedrijfsleven te verlichten. Zo wordt bijvoorbeeld het plaatsen van advertenties respectievelijk het versturen van oproepingsbrieven overbodig. De besparing voor het bedrijfsleven zal naar verwachting zo’n € 70 miljoen per jaar bedragen.
Ten aanzien van de technische kant van de zaak wordt het initiatief aan het bedrijfsleven gelaten. Dat zal eisen kunnen stellen aan de software die gebruikt moet worden of aan andere technische hulpmiddelen die benodigd zijn. Het is ook niet ondenkbaar dat een onderneming een bijdrage zal vragen aan haar aandeelhouders voor de extra kosten die zij in dit kader moet maken.
Uit onderzoek is gebleken dat een groot deel van de beleggers er wel voor voelt om te stemmen via internet of e-mail. De vraag zal echter zijn of die beleggers zo enthousiast blijven als straks blijkt dat men inderdaad bepaalde software zal moeten installeren en wellicht een financiële bijdrage zal moeten betalen om electronisch te kunnen stemmen. Uiteraard zullen dit voor de institutionele beleggers slechts kleine obstakels vormen. De vraag moet derhalve zijn of het wetsvoorstel de betrokkenheid van de kleine(re) belegger wezenlijk vergroot. Dat laatste zal moeten blijken.
Dennis Kulk is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied vennootschapsrecht.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.