Praktijkgebieden: Intellectuele eigendom
Het begon allemaal met 'Pimp my Ride', een MTV televisie-programma waarin personenauto's worden 'opgepimpd'. Voor de oudere lezers: dat wil dus zeggen “opleuken, opsieren, aantrekkelijker maken” (meer over achtergrond en betekenis van het werkwoord pimpen hier op Wikipedia). Al snel werden bij MTV echter ook studentenkamers gepimpd en wie thans op Google op 'pimp my' zoekt krijgt 3.900.000 resultaten, waaronder 'pimp my Fahrrad' (overigens keurig van de Duitse MTV). Van de genoemde resultaten zijn maar liefst 482.000 webpagina's in het Nederlands opgemaakt.
Viacom International Inc., de moedermaatschappij van MTV, heeft'pimp my' wereldwijd geregistreerd als woordmerk, ook voor de Benelux. Dat ondervonden deze week de Evangelische Omroep en het Nationaal Spaarfonds. De EO wilde onder de titel “Pimp my Life” een televisieprogramma gaan uitzenden waarin een dakloze op weg geholpen wordt naar een beter bestaan. Het Nationaal Spaarfonds maakte het nog bonter en zag “Pimp my Grave” als een aardige titel voor een uitvaartverzekering voor met name jonge mensen.
Allebei hebben zij zich schielijk teruggetrokken nadat ze door Viacom op de merkenrechtelijke situatie waren gewezen. Met commercieel gebruik van 'pimp my' is het dus oppassen. Toch heb ik de indruk, als ik zo door bovengenoemde google-resultaten blader, dat het einde nog niet in zicht is.
En dat is mooi, want dan duikt er binnenkort wellicht iemand op die het op een procedure zal willen laten aankomen. En dan krijgen we de interessante vraag voorgelegd of men een uitdrukking die langzaamaan in het spraakgebruik aan het inburgeren is eigenlijk wel via het merkenrecht mag monopliseren (ook al is men daar wellicht de bedenker of tenminste de eerste commerciële gebruiker van).Ik weet het nog niet zo net.
(Zie ook de eerdere bijdrage op deze weblog: Geen recht op Mc-Alles)
Lex Bruinhof is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied intellectuele eigendom.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.