Praktijkgebieden: Ondernemingsrecht, ICT en internetrecht
De Europese Commissie heeft op 4 november 2024 een uitvoeringsverordening aangenomen. Dit is een uitwerking van de rapportageverplichting uit de Digital Services Act (DSA). Per 1 juli 2025 gelden daardoor extra regels voor aanbieders van digitale platforms en online diensten.
Concreet zijn deze aanbieders nu verplicht om hun transparantierapporten te publiceren volgens standaard modellen. Het doel hiervan is dat dienstverleners in heel Europa op dezelfde wijze rapporteren over hun activiteiten. Denk aan het nemen van maatregelen tegen illegale content of content die in strijd is met uw algemene voorwaarden.
De DSA is van toepassing op allerlei digitale diensten in Europa. Of u nu een platform beheert, een marktplaats runt of een hostingdienst aanbiedt, de kans bestaat dat uw diensten ook onder deze regels vallen.
Bekijk ook onze eerdere blog over de DSA: Online dienstverlener? Dit moet u weten over de Digital Services Act.
De DSA is Europese wetgeving en sinds 17 februari 2024 van toepassing op de meeste aanbieders van digitale diensten. Het bevat verplichtingen voor deze aanbieders met het doel het internet veiliger en eerlijker te maken. De DSA zorgt er namelijk voor dat de online diensten verantwoordelijk worden gehouden van hoe zij omgaan met het aanbod op hun diensten. Als de inhoud van dat aanbod illegaal is, dan moeten zij actie ondernemen.
De verplichtingen die voor online dienstverleners gelden, zijn afgestemd op de impact die hun diensten op de samenleving hebben. Hoe groter die impact, hoe uitgebreider het pakket aan regels. Zo zijn platforms als TikTok aan strengere verplichtingen gebonden dan bijvoorbeeld een kleine webshop.
Het jaarlijks indienen van een transparantierapport is een van de basisverplichtingen die voor vrijwel alle aanbieders geldt. In dat rapport moet onder meer het volgende staan:
Voorheen ontbrak het volgens de Europese Commissie aan uniformiteit van de rapporten. De rapportages verschilden sterk wat betreft de inhoud, structuur en interpretatie van gegevens, waardoor ze lastig met elkaar te vergelijken waren. Dat maakte effectief toezicht ingewikkeld. Ook liepen de rapportageperiodes uiteen, met name bij de grootste platforms (zoals Instagram, Facebook en TikTok).
De uitvoeringsverordening brengt daar verandering in. Die schrijft namelijk voor welke modellen aanbieders moeten gebruiken, wanneer ze moeten rapporteren en hoe lang de rapporten openbaar beschikbaar moeten blijven.
Vanaf 1 juli 2025 zijn aanbieders van digitale diensten verplicht gegevens te verzamelen volgens de regels van de uitvoeringsverordening. Deze eerste rapportagetermijn loopt tot en met 31 december 2025 en de rapporten worden begin 2026 verwacht. Het is verstandig om snel stappen te zetten als uw organisatie hier nog niet op is ingericht.
Vragen over DSA-verplichtingen voor uw onderneming? Stel die gerust.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.