icon

Versterking van het reorganiserend vermogen van bedrijven

Eerder schreven wij over de Wet civielrechtelijk bestuursverbod, dat de civiele rechter in staat stelt een bestuursverbod op te leggen aan bestuurders die betrokken zijn geweest bij faillissementsfraude, voor een maximale duur van 5 jaar.

Deze wet staat niet op zichzelf, maar maakt deel uit van het bredere Wetgevingsprogramma ‘Herijking Faillissementsrecht'. Dat programma bestaat uit drie onderdelen, namelijk:

  1. Fraudebestrijding
  2. Versterking van het reorganiserend vermogen van bedrijven.
  3. Modernisering procedures.

De Wet civielrechtelijk bestuursverbod maakt deel uit van het onderdeel fraudebestrijding. In dit blog komt de versterking van het reorganiserend vermogen van bedrijven aan bod. In het Nederlandse rechtssysteem bestaat naast de gewone faillissementsprocedure ook de surséance van betaling, waarbij niet een curator maar een bewindvoerder wordt aangesteld. Het idee is dat de ‘sursiet' enige ademruimte krijgt om orde op zaken te stellen, om vervolgens zonder faillissement door te kunnen gaan. In de praktijk blijkt de surseance echter zo goed als altijd een voorstadium van een faillissement. Het reorganiserend vermogen van de surseance wordt daarom te beperkt gevonden, reden waarom wijzigingen met betrekking tot de surseance zijn voorgesteld.

Eén van de belangrijkste punten uit dit onderdeel van het programma is wat mij betreft de prepack, waarover wij al eerder schreven. Tot op heden kent de prepack geen wettelijke grondslag. Daarin komt op korte termijn vermoedelijk dus verandering. Door deze wettelijke verankering zal bijvoorbeeld duidelijker worden onder welke omstandigheden van een prepack gebruik kan worden gemaakt.

Een ander belangrijk punt is dat de mogelijkheid in het leven wordt geroepen voor ondernemingen die in financieel zwaar weer verkeren, om met hun schuldeisers en aandeelhouders tot een akkoord te komen om hun schulden te herstructureren en terug te brengen tot beheersbare proporties. Het voordeel van deze regeling is dat onredelijk dwarsliggende schuldeisers en aandeelhouders kunnen worden gedwongen om aan zo'n herstructurering mee te werken. Het idee daarvan is dat onnodige faillissementen kunnen worden voorkomen.

Het is op dit moment nog onbekend wanneer de genoemde wijzigingen in werking zullen treden.


Alexander op het Hoog is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied bedrijven in moeilijkheden.

Heeft u vragen?

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.
Versterking van het reorganiserend vermogen van bedrijven

Schrijf u in voor onze nieuwsbrief

Schrijf u in voor onze nieuwsbrief