Praktijkgebieden: Contracten
Een verbintenis is de verplichting van een schuldenaar jegens een schuldeiser. De verbintenis is de belangrijkste soort vermogensrechtelijke verplichting. Verbintenissen kunnen slechts ontstaan indien dit uit de wet voortvloeit, zo blijkt uit artikel 1 van Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek. Met kan denken aan de overeenkomst (de belangrijke bron van verbintenissen), de verbintenis tot schadevergoeding uit wanprestatie of onrechtmatige daad of bijvoorbeeld onverschuldigde betaling en ongerechtvaardigde verrijking.
Een verbintenis is dus een verplichting die op de schuldenaar rust. In het geval iemand een partij goederen koopt, rust op hem als koper de verplichting (en dus de verbintenis die hij is aangegaan) om de koopsom te betalen. Op de verkoper rust de verplichting om de goederen te leveren. Bij een koop is er dus sprake van twee verbintenissen, de koopsom betalen en het leveren van de goederen. Voor de schuldenaar is het van belang dat hij van zijn verplichting bevrijd kan worden. Een normale wijze van bevrijding is het nakomen van zijn verplichting. Door nakoming gaat een verbintenis teniet.
Andere wijzen van tenietgaan van verbintenissen zijn er ook. Zo kan men verrekenen; dan gaan door een verklaring van de schuldenaar de over en weer aan elkaar beantwoordende prestaties tot hun gemeenschappelijke beloop teniet. Men kan ook afstand doen van zijn recht, een vervaltermijn kan in werking zijn getreden of er kan sprake zijn van vermenging, waarbij de hoedanigheden van de schuldeiser en schuldenaar in één persoon worden verenigd.
Mocht voor u onduidelijk zijn of in uw geval verbintenissen al dan niet teniet zijn gegaan of u andere vragen hebben die met dit onderwerp samenhangen, dan adviseren wij u daar graag over.
Rosemarie Franken is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied contracten.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.