Praktijkgebieden: Contracten
De Eerste Kamer heeft gisteren ingestemd met een nieuwe regeling voor pacht die vermoedelijk op 1 september 2007 in werking zal treden.
De huidige Pachtwet zal dan verdwijnen en er komt een nieuwe pachtregeling in Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek. Met deze nieuwe regeling wordt beoogd de in de praktijk gerezen knelpunten op te lossen en te komen tot een actueler en flexibeler pachtsysteem, deels door middel van liberalisering. Onder meer de volgende belangrijke wijzigingen komen hierin voor.
Voor de eenmalige pachtcontracten geldt er niet langer een maximale termijn van twaalf jaar.De pachttermijn voor een hoeve bedraagt nu 12 jaar en voor los land 6 jaar. In beide gevallen kan straks een pachtovereenkomst met een langere of een kortere duur worden aangegaan.
Voor pachtovereenkomsten met een pachttermijn van korter dan 6 jaar zal het dwingende pachtrecht niet gelden. De pachter heeft aldus geen opzeggingsbescherming, geen voorkeursrecht en er vindt geen pachtprijstoets plaats. De pachtovereenkomst wordt daarnaast niet van rechtswege verlengd met 6 jaar. Voor pachtcontracten met een pachttermijn langer dan 6 jaar is dwingend recht wel van toepassing. De pachtprijstoets vindt in dat geval plaats vanaf de eerste dag van de looptijd van de overeenkomst.
Daarnaast wordt het voorkeursrecht van de pachter bij overdracht van het verpachte gewijzigd. Nu dient de verpachter die het verpachte land of de hoeve wil verkopen, de pachter in de gelegenheid te stellen het verpachte te kopen. Onder de nieuwe regeling hoeft, naast de bestaande uitzonderingen, het verpachte niet te worden aangeboden aan de pachter in het geval het verpachte land of gebouw wordt verkocht aan een veilige verpachter die toezegt de pachtrelatie duurzaam in stand te zullen laten.
De rechtsbescherming zal niet wezenlijk veranderen. Zo blijven de Grondkamers bestaan, in tegenstelling tot het oorspronkelijke, eerste, wetsvoorstel. Geschillen kunnen voorgelegd aan de pachtkamer van de rechtbanken en hoger beroep is mogelijk bij het Gerechtshof Arnhem. Nieuw is dat cassatie kan worden ingesteld bij de Hoge Raad.
Fleur Costa Baiôa is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied contracten.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.