Praktijkgebieden: Ondernemingsrecht
De Stichting Certificaathouders Triodos Bank (de “Stichting“) verzocht eerder dit jaar de Ondernemingskamer van het Gerechtshof Amsterdam een onderzoek te gelasten naar het beleid en de gang van zaken bij Triodos Bank N.V. (“Triodos“). De Stichting verwijt Triodos – kort gezegd – onvoldoende oog te hebben voor de belangen van zijn kleine certificaathouders.
Omdat Triodos de problemen te lang op zijn beloop zou hebben gelaten, heeft de Stichting de stap naar de Ondernemingskamer gezet. Op 22 december 2022 heeft de Ondernemingskamer het verzoek behandeld. In deze bijdrage werpen wij een blik op de zaak.
Triodos is een bank met een afwijkend profiel. Zij heeft winst minder hoog in het vaandel staan. Mede om die reden koos Triodos niet voor een (beurs)notering. Triodos heeft voor haar investeerders een systeem van in- en verkoop van certificaten bedacht. Wil een certificaathouder van zijn certificaten af, dan koopt Triodos de certificaten. De prijs van het certificaat komt daarbij niet tot stand door de markt (op basis van vraag en aanbod) maar op basis van “net asset value”.
Dit is recentelijk gewijzigd. Triodos heeft op 18 maart 2020, vanwege de (mogelijke) gevolgen van de COVID-19-crisis, de handel in de certificaten opgeschort en aangekondigd geen dividend uit te keren. Op 5 januari 2021 schortte Triodos de handel in de certificaten voor een tweede maal – naar nu is gebleken: definitief – op. Certificaathouders konden hun certificaten niet liquide maken en kwamen daardoor in de knel. Triodos meende dat er een disbalans was ontstaan tussen het aanbod van certificaten (huidige investeerders) en afnemers (nieuwe investeerders). Het door Triodos als bank aan te houden eigen vermogen zou hierdoor eveneens te erg slinken.
Als oplossing hiervoor overwoog Triodos de certificaten te noteren aan een beurs. De gehanteerde prijsvaststellingsmethode zou daarbij losgelaten worden. Dit zou resulteren in een forse waardevermindering van de certificaten. Naast de bovenstaande ingrijpende besluiten bleek de informatievoorziening over de voorgenomen stappen door Triodos aan certificaathouders uiterst gering.
Het voorgaande maakt dat de Stichting van mening is dat er goede redenen zijn om te twijfelen aan de juistheid van het beleid en de gang van zaken bij Triodos. De Stichting meent dat:
Gelet op deze bezwaren tegen het beleid van Triodos heeft de Stichting de stap naar de Ondernemingskamer gezet.
De enquêteprocedure bij de Ondernemingskamer draait om het onderzoek (de enquête) naar het gevoerde beleid en de gang van zaken bij een vennootschap. Als uit het onderzoek blijkt dat sprake is van wanbeleid, kan de Ondernemingskamer verschillende eindvoorzieningen treffen. Voorbeelden van eindvoorzieningen zijn de schorsing of het ontslag van een bestuurder en de tijdelijke benoeming van een bestuurder. Voor een uitgebreidere toelichting op wanbeleid en eindvoorzieningen verwijzen we naar een eerdere blog.
De enquêteprocedure is doeltreffend omdat de Ondernemingskamer in iedere stand van het geding onmiddellijke voorzieningen kan treffen. De Ondernemingskamer kan dat zelfs doen voordat een onderzoek is gelast. Daarvoor is nodig dat sprake is van “gegronde redenen om te twijfelen aan een juist beleid en juiste gang van zaken” van de rechtspersoon waarom het gaat.
Tijdens de behandeling van het verzoek ter zitting heeft de Ondernemingskamer aangestuurd op een gesprek tussen de Stichting en Triodos onder leiding van een mediator. Eveneens vroeg de Ondernemingskamer zich ter zitting af of en onderzoek in het belang zou zijn van de certificaathouders. Een onderzoek zou de waarde van de certificaten niet ten goede komen.
Tot een dialoog is het tijdens de zitting nog niet gekomen. Aan de zijde van de Stichting bleef argwaan bestaan: er is sprake van een vertrouwensbreuk. De Ondernemingskamer zal dan ook een beschikking wijzen. Of dit tot een definitieve oplossing zal leiden voor de certificaathouders zal nog moeten blijken.
Bent u aandeelhouder, certificaathouder, bestuurder of toezichthouder van een vennootschap of een andere rechtspersoon en hebt u verdere vragen over de enquêteprocedure, neem dan gerust contact met ons op.
Tom Hemmes is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied handel- en ondernemingsrecht.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.