Praktijkgebieden: Bestuursrecht, Ruimtelijke ordening
Vandaag heeft de Eerste Kamer gestemd over de motie-Rietkerk c.s. over het startsein van de Omgevingswet. Deze motie is door de Eerste Kamer aangenomen.
De motie houdt in dat de inwerkingtreding van de Omgevingswet op 1 januari 2023 het uitgangspunt is en blijft, zodat de bevoegd gezagen hun voorbereidingen daarop kunnen inrichten en de uitvoering geen vertraging oploopt.
Dit betekent echter niet dat er onder de Kamerleden geen twijfels meer bestaan over de voorbereidingen voor de invoering. De werking van het DSO blijft mankementen vertonen. Om die reden spreekt de motie ook uit dat het wenselijk is dat het adviescollege ICT in oktober 2022 een geactualiseerd advies uitbrengt met het oog op de inwerkingtreding per 1 januari 2023. Als uit dit onderzoek blijkt dat de problemen met het DSO tegen die tijd nog niet zijn opgelost, kan de inwerkingtredingsdatum alsnog worden verdaagd.
Ook zal de regering in oktober de voortgangsinformatie vanuit het interbestuurlijke programma over performance, stabiliteit, integrale ketentesten en tijdelijke alternatieve maatregelen aan te leveren met als doel de Eerste Kamer kennis te laten nemen van de uitslagen van de testen en de verbeteringen van de keten die daarmee zijn georganiseerd met het oog op inwerkingtreding per 1 januari 2023.
De motie betekent dus dat de Omgevingswet voor nu op 1 januari 2023 wordt ingevoerd, mits het DSO in oktober naar behoren werkt. Of de motie nu voor meer duidelijkheid heeft gezorgd, is de vraag…
Nicky Loekemeijer is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied bestuursrecht.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.