Praktijkgebieden: Vastgoed
Op 20 januari 2020 heeft het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam het concept-beleidsvoornemen ’Nieuwbouw koopwoningen voor eigenaar-bewoners’ ter inzage gelegd. Met het beleidsvoornemen wordt beoogd een zelfwoonplicht in te voeren voor nieuwbouw koopwoningen, inhoudende (kort samengevat) dat de koper de woning daadwerkelijk moet bewonen met als doel de verhuur van woningen tegen een zeer hoge prijs tegen te gaan (buy-to-let).
Zelfwoonplicht/verhuurverbod Uit het concept-beleidsvoornemen blijkt dat koopwoningen in de bestaande woningvoorraad in Amsterdam steeds vaker worden opgekocht met als doel te verhuren, waardoor er minder koopwoningen beschikbaar zijn voor huishoudens die er zelf willen wonen. Het college acht dit onwenselijk, maar heeft geen middelen om hier tegen op te treden in de bestaande woningvoorraad; hiervoor zou de landelijke wetgeving moeten worden aangepast.
Bij nieuwbouw koopwoningen beschikt het college wél over bevoegdheden, het verbod kan namelijk in de erfpachtakte worden opgenomen, waardoor het verbod langdurige werking heeft. Het beleidsvoornemen ziet zowel op nieuwbouw als op ‘transformatie’ (van bijv. kantoren naar woningen) en wordt alleen toegepast bij ruimtelijke projecten waarvoor nog een (herzien) investeringsbesluit wordt genomen, dit om vertraging in bestaande projecten te voorkomen.
Volgens het voornemen zouden de volgende uitzonderingen gaan gelden:
Vervolg Het beleidsvoornemen ligt van 20 januari tot en met 1 maart 2020 ter inspraak. Binnen deze termijn kan een ieder op het beleidsvoornemen reageren. Na de inspraakperiode worden alle zienswijzen van een reactie voorzien in de Nota van Beantwoording en betrokken in het uiteindelijke beleidsvoorstel. Naar verwachten zal het college voor de zomer van 2020 over het beleidsvoornemen besluiten.
Dominique de Haas is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied vastgoed.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.