icon

M en R 2019/7: Annotatie bij ECLI:NL:RVS:2018:3067 – Participeren is een feestje?

Realisatie van duurzame energiebronnen, het is een veelbesproken onderwerp; zowel in de juridische wereld, als in de politiek. Zo heeft Minister Ollongren recentelijk in de pers naar buiten gebracht dat provincies en gemeenten moeten ‘doorpakken met windmolenparken en zonneweides’. Als het provincies en gemeenten niet lukt om genoeg duurzame energie op te wekken, zal het kabinet zelf locaties voor windmolenparken en zonneweides aanwijzen, aldus Ollongren. Daarbij benadrukte de minister het volgende:

‘Als een overheid zegt: hier komt een windmolenpark, en omwonenden klagen daarna, ‘maar ik ben er helemaal niet bij betrokken en ga er last van hebben’, dan heb je het niet goed gedaan. Maar betrek je mensen van de voorkant, dan kun je ze mee laten denken, of zelfs laten profiteren van de opgewekte energie. Gemeenten en provincies zijn zich er steeds meer van bewust dat ze het zo moeten doen.’

In onze eerdere blog over inspraak bij grootschalige windparken, concludeerden wij (kort samengevat) dat het maar de vraag is of de inspraakmogelijkheden voor burgers bij zulke grootschalige projecten genoeg worden gewaarborgd, in tegenstelling tot hetgeen de hoogste bestuursrechter meermaals heeft geoordeeld.

Afgelopen week verscheen een annotatie van onzer hand bij een uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State in het tijdschrift Milieu & Recht (zie M en R 2019/7) over inspraak bij kleinschalige windparken: de realisatie van een windpark dat door de gemeenteraad van Coevorden was voorbereid met de gemeentelijke coördinatieregeling. Omwonenden waren het niet eens met de realisatie van dit windpark, in geschil was wederom met name een vermeend gebrek aan inspraakmogelijkheden. Wij merken in deze annotatie op dat ook bij de realisatie van kleinschalige windparken de inspraakmogelijkheden volgens de Afdeling voldoende worden gewaarborgd. De zienswijzeprocedure in de zin van afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) zou in dit kader voldoende zijn.

Verder merken wij in deze annotatie op dat gemeenten in beginsel de bevoegdheid hebben om bij inspraakverordening de door de burgers verlangde doeltreffende inspraak te bewerkstelligen. De meeste gemeenten hebben in dit kader echter in hun inspraakverordening niet meer opgenomen dan een verwijzing naar voornoemde zienswijzeprocedure.

Onder de Omgevingswet (verwacht in 2021), krijgt participatie bij de realisatie van kleinschalige projecten procedureel gezien meer vaste vorm: een projectontwikkelaar wordt bij het indienen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor de realisatie van een project (bijvoorbeeld een windpark) verplicht tot het organiseren van participatie. Hij moet dan gegevens verstrekken over deze participatie en het overleg met derden. Het is echter maar de vraag of deze voorschriften in de praktijk wat zullen opleveren voor omwonenden. Bovendien duurt het ook nog een aantal jaren voor de Omgevingswet in werking treedt. Tot die tijd is het dus afwachten op welke manier gemeenten en provincies zullen ‘doorpakken met windmolenparken en zonneweides’ zonder ervoor te zorgen dat omwonenden achteraf zullen klagen, naar de wens van Minister Ollongren én zodat participeren eindelijk een feestje wordt.


Dominique de Haas is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied energietransitie.

Heeft u vragen?

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.
M en R 2019/7: Annotatie bij ECLI:NL:RVS:2018:3067 – Participeren is een feestje?

Schrijf u in voor onze nieuwsbrief

Schrijf u in voor onze nieuwsbrief