Praktijkgebieden: Ondernemingsrecht
Het is al lange tijd onderwerp van discussie; de kwaliteit van de controle van jaarrekeningen door de accountant. Op dit moment bestaat er een aantal initiatieven dat tot doel heeft de kwaliteit van de controle te verbeteren, of preciezer gezegd: die tot doel hebben de accountant een kritischere houding te laten innemen ten opzichte van de opdrachtgever en de opgestelde jaarrekening. Eén van die initiatieven is de Wet aanvullende maatregelen accountantsorganisaties. In deze blog zal dit toekomstige wetsvoorstel kort worden besproken.
Het voorstel ziet op versterking van het bestuur van accountantsorganisaties en gaat met name over accountantsorganisaties die de jaarrekening van organisaties van openbaar belang (dat zijn bijvoorbeeld banken en bedrijven die noodzakelijk zijn om de maatschappij draaiende te houden) controleren. Deze controle wordt over het algemeen door de grotere accountantskantoren uitgevoerd. Het idee is om deze versterking op een aantal manieren te realiseren. Het wetsvoorstel schrijft onder andere voor dat er een toets komt die bepaalt of een beleidsbepaler van deze accountantsorganisaties bij aanstelling wel geschikt is. Verder bepaalt het voorstel dat deze accountantsorganisaties onderworpen moeten zijn aan onafhankelijk toezicht. Daarnaast zijn er plannen om het aantal organisaties dat als organisatie van openbaar belang kwalificeert te vermeerderen. Hoe een en ander in de praktijk vorm zal krijgen, is nog niet geheel duidelijk.
De wetgever is dus druk bezig de kwaliteit van de controlewerkzaamheden te verbeteren. Daaruit kan impliciet worden afgeleid dat de kwaliteit van de accountantscontrole op dit moment tekort schiet. Een in het oog springend voorbeeld is de schikking die de curator van Econcern recentelijk met de accountant heeft getroffen. Op dit moment springt de Vestia-zaak nog altijd in het oog. Maar ook in het MKB verlopen de accountantscontroles niet altijd zonder fouten. Wat dat betreft hadden de aangekondigde maatregelen en wetsherzieningen niet later moeten komen.
Bent u niet zeker of de accountant zijn werkzaamheden wel naar behoren heeft verricht? Wij bespreken het graag met u.
Alexander op het Hoog is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied handel- en ondernemingsrecht.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.