Praktijkgebieden: Omgevingsrecht
Op 7 januari 2015 heeft de Afdeling Bestuursrechtspraak Raad van State uitspraak gedaan over de vraag of een uitschuifbare antenne op een bestaande antenne is toegestaan.
In de onderhavige zaak heeft appellant op een bestaande antennemast (waarvoor een omgevingsvergunning is verleend) aan de zijkant van zijn woning nog een uitschuifbare antennemast geplaatst. Naar aanleiding van verzoeken door buurtbewoners om handhavend op te treden heeft de gemeente appellant gelast de uitschuifbare antenne te verwijderen.
Appellant is het hier niet mee eens. Nadat de rechtbank zijn beroep ongegrond heeft verklaard gaat hij in hoger beroep. Hij stelt onder andere dat, nu deze antenne niet hoger is dan 5 meter gerekend vanaf de hoogte van de reeds vergunde mast, ingevolge artikel 2 lid 17 van bijlage II bij het Bor voor de extra antenne geen omgevingsvergunning is vereist. De Afdeling volgt dit betoog niet. Volgens de Afdeling volgt uit de bewoordingen van artikel 2, aanhef en zeventiende lid, van bijlage II bij het Bor dat in de onderhavige situatie dient te worden gemeten vanaf de kruising met het dakvlak. Uit deze bepaling volgt niet dat bij een reeds vergunde antennemast wordt gemeten vanaf de hoogte van deze mast.
Ook stelt appellant dat de hoogte van de antenne moet worden gemeten op het moment dat de antenne is ingeschoven. Ook hier is de Afdeling het niet mee eens. De Afdeling oordeelt dat een bouwwerk in zijn volle omvang moet worden beoordeeld. De antenne dient dus in uitgeschoven toestand te worden opgemeten.
Bob van de Boom is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied omgevingsrecht.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.