Praktijkgebieden: Bestuursrecht
Op 19 december 2014 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Midden-Nederland een uitspraak gedaan over een besluit van het college van burgemeester en wethouders tot aanwijzing van een gebied in het centrum van Hilversum waar tijdens oud en nieuw geen vuurwerk mag worden afgestoken.
Tegen dit besluit is door een aantal personen, waaronder een verkoper van vuurwerk, bezwaar gemaakt en een verzoek om een voorlopige voorziening ingediend. Een van de vragen die de voorzieningenrechter in een dergelijke procedure ambtshalve moet beantwoorden is of het college van burgemeester en wethouders bevoegd was om dit besluit te nemen.
Het college van burgemeester en wethouders baseerde zijn bevoegdheid op artikel 2.7.3 van de Algemene plaatselijke verordening Hilversum 2010 (Apv). De voorzieningenrechter constateert dat dit artikel is opgenomen in het hoofdstuk met als titel “Openbare Orde”. De bewaking van de openbare orde is volgens de voorzieningenrechter in de Gemeentewet expliciet opgedragen aan de burgemeester. In de Gemeentewet noch een andere wet is deze taak opgedragen aan het college van burgemeester en wethouders (dit is een ander bestuursorgaan dan alleen de burgemeester).
De in artikel 2.7.3 Apv opgelegde taak is dus ten onrechte opgedragen aan het college van burgemeester en wethouders. Daarom is dit artikel naar het oordeel van de voorzieningenrechter onverbindend en moet het aanwijzingsbesluit, welke is gebaseerd op artikel 2.7.3 Apv, worden geschorst.
Bob van de Boom is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied bestuursrecht.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.