Praktijkgebieden: Bouwrecht, Omgevingsrecht, Ruimtelijke ordening
Gisteren was de kick-off van een tweede ‘Airbnb-site voor boten’, waarmee nu ook particuliere eigenaren hun boten online aan anderen kunnen aanbieden en verhuren. Voor de transacties die via de site lopen wordt een vergoeding betaald. Volgens Waternet worden deze voor de recreatie bestemde pleziervaartuigen omgezet naar bedrijfsvaartuigen waarmee passagiersvaarttochten op de Amsterdamse binnenwateren worden aangeboden. Hiervoor is volgens Waternet een vergunning nodig.
Waternet baseert haar standpunt op de Verordening op het binnenwater 2010 van de gemeente Amsterdam. In artikel 2.4.5 van deze Verordening is een aantal verboden neergelegd. Zo is het verboden met een bedrijfsvaartuig tegen betaling of een andere vergoeding goederen of passagiers te vervoeren zonder een vergunning van het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam (lid 1). Ook geldt er het verbod met een ander vaartuig dan een bedrijfsvaartuig passagiers te vervoeren tegen betaling of andere vergoeding (lid 2). Verder is het verboden om passagiersvaarttochten op het Amsterdamse binnenwater aan te bieden, indien men niet beschikt over een exploitatievergunning als bedoeld in lid 1 (lid 9).
De hamvraag is of de online bemiddeling van bootjes tussen eigenaren en huurders te scharen valt onder ‘het aanbieden van passagiersvaarttochten op het Amsterdamse binnenwater’. De onderliggende vragen zijn dan onder meer: zijn de huurders van de boten als ‘passagiers’ aan te merken? Worden deze passagiers vervoerd? Is een online bemiddelaar aan te merken als een aanbieder van passagiersvaarttochten? Luidt het antwoord op deze vragen “ja”, dan zou gesteld kunnen worden dat de onlinebemiddelaar en/of de booteigenaar voor zijn bemiddelingsactiviteiten dus een exploitatievergunning nodig heeft. Indien niet aanwezig, dan wordt de Verordening overtreden en is het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam, bij monde van Waternet, bevoegd om daartegen handhavend op te treden.
Een bijkomstigheid is dat de booteigenaren voor het innemen van een ligplaats in de Amsterdamse binnenwateren dan ook een ligplaatsvergunning nodig hebben, terwijl ze daarvoor konden volstaan met een vignet. Op grond van artikel 2.4.1 is het namelijk verboden om met een bedrijfsvaartuig (wat de pleziervaartuigen in de ogen van Waternet zijn geworden) ligplaats in te nemen indien de eigenaar voor zijn boot geen ligplaatsvergunning heeft. Naast de onlinebemiddelaar kan zodoende ook nog weleens jegens de booteigenaren handhavend worden opgetreden.
Kortom, het laatste woord is hierover nog niet gezegd en krijgt ongetwijfeld nog een vervolg.
Claudia Koenen is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied omgevingsrecht.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.