Praktijkgebieden: Ondernemingsrecht
Het plan is dat er in de toekomst 680 woningen nabij Schiphol worden gebouwd. De raad van de gemeente Haarlemmermeer heeft hiervoor het bestemmingsplan ‘Badhoevedorp Lijnden-Oost' vastgesteld, waarin hij een aantal wijzigingsbevoegdheden heeft opgenomen.
Op 2 april 2014 heeft de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan. Het realiseren van nieuwe woningen bij Schiphol moet naar het oordeel van de Afdeling op zich kunnen, mits voor de toekomstige bewoners ‘een aanvaardbaar woon- en leefklimaat kan worden gerealiseerd'. Ook moet duidelijk worden gemaakt wat daarvan de gevolgen zijn voor de bedrijfsvoering van Schiphol. Dit vergt zorgvuldig onderzoek.
De raad had dit echter onvoldoende onderzocht wat betreft het proefdraaien van vliegtuigen door Schiphol. In de nabijheid van de geplande woningen bevindt zich een proefdraaiplaats. Hier worden vliegtuigen met de vereiste milieuvergunning proefgedraaid. De raad ging ervan uit dat geen geluidsonderzoeken nodig zijn omdat het proefdraaien op ruime afstand van de geplande woningen gebeurt. De Afdeling denkt daar anders over: de raad had onderzoek moeten doen naar de maximale geluidniveaus op de gevels van de voorziene woningen als gevolg van het proefdraaien. En omdat dergelijk onderzoek ontbreekt, is het niet duidelijk wat de geluidsbelasting op de gevels van de woningen als gevolg van het proefdraaien zal zijn. Daardoor is niet verzekerd dat er enerzijds voor de toekomstige bewoners een aanvaardbaar woon- en leefklimaat zal ontstaan, anderzijds wat de gevolgen voor de bedrijfsvoering van Schiphol zullen zijn.
Kortom: de Afdeling vernietigt dit planonderdeel (ABRS 2 april 2014, zaaknr. 201308233). De raad zal alsnog door middel van onderzoeksrapporten moeten aantonen dat er voor de woningen een goed woon- en leefklimaat kan worden gerealiseerd. De praktijk leert dat de Afdeling streng toeziet op de uitvoering van dit soort onderzoeken. Gemeenten doen er derhalve goed aan bij twijfel altijd een onderzoek te laten uitvoeren.
Claudia Koenen is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied handel- en ondernemingsrecht.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.