Praktijkgebieden:
Harde muziek, luidruchtige feesten of veelvuldige ruzies: haast iedereen kan in meerdere of mindere mate meepraten over geluidsoverlast of andere vormen van overlast door buren. Zeker met het warme weer van de afgelopen weken staan velen deuren en ramen open, wat de overlast nog eens kan versterken. Aangezien het hebben van een goede buur nog steeds beter is dan een verre vriend heeft het de voorkeur overlast met de buren te bespreken. Voor het geval de buren echter niet voor rede vatbaar zijn, is het goed te weten welke juridische instrumenten kunnen worden ingezet.
Zowel in het bestuursrecht als in het civiele recht zijn er namelijk instrumenten voor handen om overlast te bestrijden. Via het bestuursrecht kan op grond van Algemene Plaatselijke Verordening bepaalde vormen van overlast worden bestreden. De burger kan bij overlast een handhavingsverzoek indienen, en de gemeente kan bijvoorbeeld via een last onder dwangsom de overlastveroorzaker dwingen te stoppen.
Gaat het om geluidsoverlast door bedrijven waarbij de wettelijke normen worden overschreden dan kan (bijvoorbeeld) op grond van het Activiteitenbesluit worden gehandhaafd. Dit besluit regelt de geluidsnormen waar bedrijven zich aan dienen te houden. Bij overtreding van deze normen kan door het bevoegd gezag een last onder dwangsom worden opgelegd, die verbeurd raakt bij verdere overtreding.
Voor particuliere woningen heeft de burgemeester via artikel 174a van de Gemeentewet (ook wel Wet Victoria genoemd) de bevoegdheid om in het geval van verstoring van de openbare orde een woning te sluiten. Verstoring van de openbare orde in de zin van artikel 174a van de Gemeentewet kan alleen aanwezig worden geacht bij overlast waardoor de veiligheid en gezondheid van mensen in de omgeving van de woning in ernstige mate wordt bedreigd. De Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State stelt echter zware voorwaarden voor toepassing van dit artikel en oordeelt dat geluidsoverlast ‘een onvoldoende ernstige vorm van overlast is om sluiting van een woning te kunnen rechtvaardigen.'
Vaak wordt er gekozen om via de bestuursrechtelijke weg tegen deze vorm van overlast op te treden, toch leidt dit in de praktijk niet altijd tot een bevredigende uitkomst.Zoals gezegd biedt ook het civiele recht mogelijkheden om de overlastgevende buren aan te pakken. De bekendste manier is door het vorderen van een gebod of verbod (met het opleggen van een dwangsom als stok achter de deur) op grond dat sprake is van een onrechtmatige daad doordat de hinder dusdanige proporties aanneemt dat deze als onrechtmatig is aan te merken. De eigenaar van een erf mag namelijk niet op onrechtmatige wijze aan eigenaars van andere erven hinder toebrengen zoals door het verspreiden van rumoer, trillingen, stank, rook of gassen, door het onthouden van licht of lucht of door het ontnemen van steun.
Voor zover uw buren rechthebbende zijn van een appartementsrecht en u bevindt zich in dezelfde Vereniging van Eigenaars dan bieden de regels van het appartementsrecht (via het splitsingsreglement of huishoudelijk reglement) mogelijkheden overlast van de buren te sanctioneren.
Zijn uw buren en u huurder van dezelfde verhuurder dan is het mogelijk de verhuurder aan te schrijven wegens derving van huurgenot. De verhuurder zal de huurder dan moeten aansporen. Eventueel kan ontbinding van de huurovereenkomst soelaas bieden in de gevallen van onacceptabele mate van (geluids)overlast. Grond voor ontbinding is dan dat de overlast veroorzakende huurder in ernstige mate tekort schiet in de nakoming van de uit de huurovereenkomst voortvloeiende verplichtigen, namelijk het voorkomen dat omwonenden overlast of hinder van hem hebben.
Zoals u kunt lezen, zijn er diverse instrumenten om overlastgevende buren aan te pakken. De vraag welk instrument het best kan worden ingezet, laat zich echter niet altijd eenvoudig beantwoorden en is afhankelijk van velerlei factoren en omstandigheden. Wij staan u hier graag in bij.
Yordy Soffner, met dank aan Merel Brinkman.
Yordy Soffner is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied column.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.