Praktijkgebieden: Ondernemingsrecht
Een besloten vennootschap (hierna: “vennootschap”) is verplicht om in haar oprichtingsakte de zetel van de vennootschap vermelden. De zetel moet in een gemeente (of onderdeel van een gemeente) in Nederland zijn gelegen. De statutaire zetel bepaalt de woonplaats van de vennootschap. Dit betekent overigens niet dat de statutaire zetel in dezelfde plaats moet zijn gelegen als de plaats waar de werkzaamheden worden verricht.
De statutaire zetel is onder meer van belang voor de competentie van de rechter en voor het toepasselijk recht van de vennootschap. Een vennootschap die is opgericht naar Nederlands recht en haar statutaire zetel in Nederland heeft, wordt namelijk beheerst door het Nederlands recht.
De statutaire zetel kan binnen Nederland worden “verhuisd” naar een andere plaats. Hiervoor is een statutenwijziging nodig. De vennootschap moet er daarnaast voor zorgen dat de statutaire zetel ook in het handelsregister gewijzigd wordt.
Omdat in de wet is bepaald dat de zetel in Nederland moet zijn gelegen, is het niet mogelijk voor een vennootschap naar Nederlands recht om de statutaire zetel naar het buitenland te verplaatsen. Hierop zijn uitzonderingen, die zijn vastgelegd in een aantal (Rijks-)wetten. In geval van oorlog, dreigend oorlogsgevaar, een revolutie of daarmee vergelijkende buitengewone omstandigheden kan een vennootschap naar Nederlands recht toch verhuizen naar het buitenland. De gedachte hierachter is dat met een dergelijke verhuizing kan worden voorkomen dat een eventuele bezetter de rechtspersoon in handen krijgt.
Charlotte Mulder is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied handel- en ondernemingsrecht.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.