Praktijkgebieden:
Trouwt men als Nederlander in Nederland zonder van tevoren bij de notaris een akte van huwelijkse voorwaarden te hebben laten opstellen en te hebben ondertekend, dan trouwt men in algehele gemeenschap van goederen. Daar valt alles in. De gemeenschap is een verzameling, een geheel, van alles wat ieder van de echtgenoten (en geregistreerde partners) bezat en bezit. Alle goederen, die men vóór het huwelijk had en alle goederen die men tijdens het huwelijk zal verkrijgen, worden gemeenschappelijk. Dus ook studieschulden en andere oude schulden, bijvoorbeeld schulden die overbleven na een persoonlijk faillissement, dat voor het huwelijk plaatsvond, ook al wist de andere echtgenoot daar niets van. Dat kan voor de andere echtgenoot een nare ervaring zijn. De schuldeisers kunnen tijdens het huwelijk namelijk alle schulden verhalen op de gehele gemeenschap. Dat zal de andere echtgenoot in praktijk niet kunnen voorkomen.
Alleen in zeer bijzondere uitzonderingsgevallen hoeft de andere echtgenoot niet de dupe te zijn van oude schulden, die hij/zij niet kende. Daarvan zagen we in een uitspraak van de Hoge Raad in maart jl. een voorbeeld in het kader van een echtscheiding. De Hoge Raad vond de omstandigheden uitzonderlijk, onder meer omdat het huwelijk heel kort had geduurd, man en vrouw niet of nauwelijks hadden samengewoond, zij geen gezamenlijke bankrekeningen hadden, geen gezamenlijke aankopen hadden gedaan en de man de schulden vóór het huwelijk had gemaakt voor auto's en onroerend goed in het buitenland, zonder daarvan ooit iets te hebben verteld aan de vrouw. Inderdaad zijn deze omstandigheden uitzonderlijk te noemen.
Normaal gesproken zullen gedupeerde echtgenoten er niet zo goed vanaf komen en kunnen zij zo al hun spaargeld zien opgaan aan de schulden van de ander, of die nu gemaakt zijn tijdens het huwelijk of voor die tijd. Er zijn overigens wel uitzonderingen op hetgeen in de gemeenschap valt. De voornaamste uitzonderingen zijn giften en geërfd vermogen, waarvan door de schenker of erflater is bepaald, dat ze buiten de gemeenschap blijven. Ook pensioenrechten blijven erbuiten, maar die worden in het algemeen wel verdeeld. Daarvoor geldt de wet verevening pensioenrechten bij scheiding, die echtgenoten over en weer een recht geeft op een deel van het pensioen van de ander.
Clasien van de Pas – Rutgers van der Loeff is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied column.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.