Praktijkgebieden:
De verkiezingen zijn ook door ons met spanning gevolgd, en ook wij vragen ons natuurlijk af wat de uitkomst gaat betekenen, en dan in het bijzonder voor ons werkterrein. Een coalitie van VVD en PvdA ligt voor de hand (meer smaken zijn er ook nauwelijks). Wat gaat dat betekenen voor het sociaal beleid, en in het bijzonder voor het ontslagrecht?
VVD wil het ontslagrecht versoepelen, de PvdA (uiteraard) niet. Die wil juist de positie van de flexibele arbeidskracht versterken. Ik een van de vele debatten en beschouwingen op de televisie hoorde ik iemand – ik meen van PvdA-huize – stellen dat de discussie niet moet gaan over het ontslagrecht, maar over het arbeidsrecht in het algemeen. Zoals hij het uitdrukte: flex is te flex, en vast is te vast. Ik denk dat hij daar gelijk in heeft. Alleen het ontslagrecht versoepelen is geen oplossing voor de arbeidsmarkt (en in elk geval geen aanvaardbare oplossing voor wat toch ongeveer de helft van de coalitie zal worden). Wat dan wel?
De logische uitkomst lijkt te zijn dat het arbeidsrecht wordt geliberaliseerd in die zin dat de partijen – werknemer en werkgever, en dan natuurlijk met name de werkgever – de mogelijkheid krijgen beslissingen te nemen zonder toetsing vooraf (dus: ontslag zonder ontslagvergunning) maar dat gelijktijdig er wel regels worden gesteld onder welke omstandigheden zo'n ontslag is toegestaan. Het zal niet leiden tot een afname van de regels (wellicht integendeel), maar het gevolg zal wel zijn dat de verantwoordelijkheid voor het naleven en controleren ervan in de eerste plaats bij de werkgever zelf komt te liggen, en dat dit slechts achteraf wordt getoetst door de rechter. Liberalisering en deregulering zonder dat dat ten koste hoeft te gaan van de positie van de werknemer.
Wel lijkt onvermijdelijk dat, wat er ook gebeurt, de relatief hoge vergoedingen bij ontslag omlaag zullen gaan. Niet alleen de politiek praat daarover, ook de kantonrechters zijn weer in discussie over een verlaging van de kantonrechtersformule. De uitkomst daarvan is onzeker, maar duidelijk is wel dat als er wat uitkomt, dat zal betekenen dat de vergoedingen lager zullen worden.
Als de formatie is voltooid weten we meer. In een regeerakkoord wordt hierover ongetwijfeld het nodige afgesproken – of het dan wordt uitgevoerd zullen we moeten afwachten. We houden het in de gaten.
Arco Siemons is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied column.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.