Praktijkgebieden:
Per 1 juli 2011 zullen zaken tot 25.000 euro aan de kantonrechter worden voorgelegd in plaats van aan civiele sector van de rechtbank. De kantonrechter is op dit moment bevoegd in zaken tot 5.000 euro en in onder meer arbeids- en huurgeschillen. De Eerste Kamer heeft op 17 mei jl. met de Evaluatiewet modernisering rechterlijke organisatie ingestemd, waarin dit bedrag wordt verhoogd naar 25.000 euro. Zie ook onze eerdere bijdrage over dit onderwerp.
Anders dan bij de civiele sector van de rechtbank geldt bij de kantonrechter geen verplichte procesvertegenwoordiging door een advocaat. Rechtszoekenden kunnen kiezen of zij de zaak zelf behandelen, de rechtsbijstandverzekeraar, een belangenorganisatie, een andere deskundige of toch een advocaat inschakelen. Dit zal afhangen van de complexiteit en het belang van de zaak en de financiële middelen van de rechtszoekende.
In de Kamerstukken behorende bij het wetsvoorstel komt naar voren dat de algemene gedachte is dat de kantonrechter zich actiever opstelt dan de gewone civiele rechter. Deze opstelling komt naar mijn idee mogelijk voort uit het feit dat er geen verplichte procesvertegenwoordiging geldt en dat partijen daarom extra bescherming verdienen. Voorts bestaat in kantonzaken de mogelijkheid om mondeling op de dagvaarding te antwoorden. Tijdens de zitting in een vroeg stadium van de procedure, direct na de dagvaarding, geeft een actieve rechter meteen sturing aan de zaak, waarmee schriftelijke ronden kunnen worden voorkomen. Deze voordelen gaan alleen op voor de eenvoudigere geschillen. Bij meer ingewikkelde zaken zijn meerdere schriftelijke ronden (repliek/dupliek), getuigenverhoren en deskundigenonderzoeken vaak toch nodig voor het vormen van een juist oordeel.
Een ander voordeel is dat het griffierecht in een kantonprocedure lager is. Alleen de eiser betaalt griffierecht (maximaal 284 euro). In overige civiele zaken betaalt ook de gedaagde griffierecht. Dit is, afhankelijk van de hoogte van de vordering, max. € 3.537,- en bij een proceskostenveroordeling dus het dubbele.
Met deze wijziging beoogt de wetgever de toegang tot de rechter voor burgers te verbeteren. Naar mijn mening zal het effect hiervan mogelijk teniet gaan als de plannen van het kabinet voor kostendekkende griffierechten doorgaan. In veel gevallen zal procederen dan vanwege de hoge kosten niet lonend of te riskant zijn.
Annejet Lamme is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied column.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.