Praktijkgebieden: Bestuursrecht
In de categorie beter-ten-halve-gekeerd-dan-ten-hele-gedwaald: de vergunning voor onbepaalde tijd zoals genoemd in de Wet ambulancezorg komt er (voorlopig) niet. De procedure voor het verlenen van een dergelijke vergunning is – zoals het Ministerie het zelf zegt – op dit moment niet “EU-proof”, en om die reden heeft de ministerraad afgelopen vrijdag besloten het voorstel voor een Tijdelijke wet ambulancezorg voor advies aan de Raad van State door te sturen.
De Wet ambulancezorg van 4 december 2008 was nog niet in werking getreden, en dat zal nu dus voorlopig ook niet gebeuren. Vooralsnog verandert er dan ook niet veel. De bedoeling van de Tijdelijke wet is vervolgens om huidige aanbieders van ambulancezorg voor de duur van 5 jaar als aanbieders in de zin van de wet aan te wijzen. Daarbij zal wel worden toegewerkt naar het uitgangspunt dat er voor elke veiligheidsregio 1 rechtsper-soon – de “ Regionale Ambulancevoorziening” – eindverantwoordelijke is.
Op het moment dat er nog meerdere aanbieders in een regio actief zijn, zal de Minister hen in het kader van de Tijdelijke wet als samenwerkingsverband aanwijzen en dient men onderlinge afspraken te maken. Wanneer de verschillende aanbieders daarin niet slagen, krijgt de Minister (aldus het voorstel) de mogelijkheid om ofwel 1 van de aanbieders aan te wijzen, danwel zelf een rechtspersoon op te richten.
Het voorgaande betekent overigens niet dat in de toekomst niet langer meerdere (oorspronkelijke) aanbieders van ambulancezorg binnen een regio actief kunnen zijn. Zij kunnen bijvoorbeeld besluiten hun samenwerking te formaliseren, door op enig moment (afhankelijk van de regels rond vergunningverlening) te werken van uit 1 rechtspersoon, aan wie de vergunning is/wordt verleend. Daarnaast noemt de Wet ambulancezorg op dit moment nog expliciet de mogelijkheid van het krachtens enige overeenkomst met de Regionale Ambulancevoorziening (degene met de vergunning) verrichten van ambulancezorg; oftewel de ambulancezorg kan aan anderen worden uitbesteed.
Hoe de vergunning aan die Regionale Ambulancevoorziening zal worden verleend, en voor welke periode; die vraag blijft nog even staan.
Femke van Ooijen is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied bestuursrecht.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.