Praktijkgebieden: Arbeidsrecht
Voor diegene onder u die te maken heeft met Europese wetgeving en meer in het bijzonder Europese ondernemingsraden wil deze blog een signaleringsfunctie bieden.
Op 22 maart heeft Minister Kamp van Economische Zaken een wetsvoorstel aan de Tweede Kamer gezonden waarin hij een aanpassing voorstelt van de Wet op de Europese Ondernemings-raden. Deze wetswijziging is nodig in verband met de aangepaste richtlijn over Europese Ondernemingsraden. Doel van de gewijzigde richtlijn is het vergroten van de effectiviteit van de Europese Ondernemingsraden.
De oude, en inmiddels ingetrokken, EOR-richtlijn had tot doel het verbeteren van het recht op informatie en raadpleging van werknemers binnen de Europese context. De oude EOR-richtlijn was van toepassing op ondernemingen en concerns met een Europese dimensie. Dit zijn ondernemingen en concerns waarbij – kort gezegd – in de betrokken staten gemiddeld ten minste duizend werknemers werken en die zodanig over de betrokken staten zijn verspreid dat er in ten minste twee betrokken staten elk gemiddeld ten minste 150 werknemers werken.
De Europese Commissie constateerde evenwel een aantal knelpunten in de toepassing van de oude EOR-richtlijn die daarvoor onvoldoende oplossingen bood. Zo bleek onder meer dat Europese ondernemingsraden, met name bij besluiten omtrent herstructurering van ondernemingen, niet altijd voldoende worden geïnformeerd en geraadpleegd. Het recht van werknemers op grensoverschrijdende informatie en raadpleging werd daardoor onvoldoende effectief uitgeoefend. Ook was, en is, het aantal ondernemingen met een Europese ondernemingsraad relatief laag.
De nieuwe richtlijn poogt deze knelpunten op te lossen. De nieuwe richtlijn legt meer verplichtingen op aan multinationals die onder de richtlijn vallen, dat wil zeggen die multinationals met vestigingen in meerdere EU-lidstaten, met meer dan 1000 werknemers en minimaal 150 werknemers in twee verschillende lidstaten. In Nederland gaat het dan om ruim honderd ondernemingen of concerns. Hiervan was in 2008 bij 49 ondernemingen of concerns een Europese ondernemingsraad ingesteld (cijfers 2008). Zo schrijft de nieuwe richtlijn onder meer voor dat bij ingrijpende wijzigingen in de bedrijfsstructuur (bijvoorbeeld een fusie) verplicht moet worden heronderhandeld over een nieuwe EOR-overeenkomst wanneer partijen hierover zelf niets hebben afgesproken. Ook wordt in de nieuwe EOR-richtlijn aandacht besteed aan het tijdstip waarop informatie wordt verstrekt of werknemers(vertegenwoordigers) worden geraadpleegd. Informatie dient op een zodanig tijdstip te worden verstrekt dat werknemersvertegenwoordigers een grondig oordeel kunnen vormen over de eventuele gevolgen van een voorgenomen maatregel.
In het wetsvoorstel van de Minister zijn geen andere regels opgenomen dan voor de implementa-tie noodzakelijk zijn. De Afdeling advisering van de Raad van State onderschrijft de strekking van het wetsvoorstel, maar heeft enkele opmerkingen gemaakt over de wijze van implementatie en stelt in dit kader enige aanpassing van het voorstel voor.Zodra duidelijkheid is over de vraag of en hoe de wet is aangenomen zullen wij u nader informeren.
Liesbeth Heidstra is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied arbeidsrecht.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.