Praktijkgebieden: Ondernemingsrecht
Voormalig bestuursvoorzitter van de Autoriteit Financiële Markten, Docters van Leeuwen, heeft het pensioen wel eens omschreven als het belangrijkste financiële product. Hieraan kan worden toegevoegd dat het pensioenproduct steeds belangrijker wordt, gezien de verwachte toename van gepensioneerden. We hebben te maken met een stijgende levensverwachting en worden dus ook steeds langer afhankelijk van pensioenen.
In Nederland spaart men voor een pensioen en naar schatting is rond 640 miljard euro ondergebracht bij pensioenfondsen. Het is dus niet vreemd dat veel aandacht uitgaat naar pensioen. Daarbij heeft de kredietcrisis de slechte financiële situatie van vele pensioenfondsen pijnlijk blootgelegd. De pensioenfondsen hebben de afgelopen jaren zwaar te lijden gehad. Een groot deel van het belegde vermogen is als gevolg van de financiële crisis verdampt. De dekkingsgraad is de vermogensindicator van een pensioenfonds en geeft de verhouding weer tussen het vermogen en verplichtingen. De dekkingsgraad van meerdere (grote) pensioenfondsen was in veel gevallen te laag. Wie staan nu eigenlijk aan het roer van een pensioenfonds? En wie houdt toezicht?
Een pensioenfonds heeft in bijna alle gevallen als rechtsvorm een stichting. Een stichting is een rechtspersoon en kan vermogen aanhouden. Typerend voor een stichting is dat zij geen leden heeft. De stichting heeft ook geen orgaan vergelijkbaar met de algemene vergadering van aandeelhouders bij een B.V. en N.V., die op het bestuur toeziet en goedkeuring moet geven voor bepaalde besluiten. Het enige verplichte orgaan van de gewone stichting is het bestuur.
Het bestuur is autonoom in het besturen van de stichting. De bestuursbevoegdheden van de bestuurders worden slechts marginaal begrensd in de wet. Het bestuur van een pensioenfonds bestaat uit vertegenwoordigers van werkgevers- en werknemersorganisaties. Deze zijn in principe evenredig vertegenwoordigd.
Bij het toezicht op een pensioenfonds moet onderscheid worden gemaakt tussen extern toezicht en intern toezicht. DNB en AFM houden extern toezicht op pensioenfondsen. DNB houdt toezicht op de bedrijfseconomische en financiële aspecten en kijkt of het pensioenfonds een solide financieel- en beleggingsbeleid voert. De AFM houdt gedragstoezicht en kijkt of de informatieverstrekking door het pensioenfonds op de juiste wijze plaatsvindt. Het interne toezicht bestaat uit de deelnemersraad. Een pensioenfonds is in veel gevallen wettelijk verplicht om een deelnemersraad in te stellen. In de deelnemersraad zijn deelnemers van het pensioen (de werknemers) vertegenwoordigd. Deze deelnemersraad heeft een advies- en beroepsrecht. Er kan gevraagd of ongevraagd aan het bestuur geadviseerd worden.
Sinds 2008 zijn er principes voor een goed pensioenfondsbestuur. De principes moeten gezien worden als leidende beginselen. In de principes wordt opgeroepen op tot openheid en transparantie van het bestuur, tot verantwoording van het bestuur en tot goed intern toezicht. Deelnemers dienen op begrijpelijke wijze te worden voorgelicht over hun pensioenresultaten en relevante veranderingen. Ook moeten pensioenfondsen een verantwoordingsorgaan en interne klachten- en geschillencommissie instellen. De projectgroep die deze principes heeft opgesteld, had voor ogen dat de principes wettelijk verplicht zouden worden. De pensioenwet bepaalt slechts dat de principes worden aangemerkt als geldende principes voor pensioenbestuur. Kort gezegd: er is een verplichting tot naleving, maar het pensioenfonds wordt vrijgelaten in de wijze van invulling. Het is dus nog maar de vraag of de principes op dit moment ook daadwerkelijk leiden tot verbeteringen voor de deelnemers van het pensioen.
Charlotte Mulder is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied handel- en ondernemingsrecht.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.