Praktijkgebieden: Arbeidsrecht, Bedrijven in moeilijkheden
Nadat een bedrijf in staat van faillissement is verklaard, zal de curator als eerste kijken of het bedrijf kan worden voortgezet of overgenomen. Bij de overname van een failliet bedrijf zijn andere regels van toepassing dan bij een gewone overgang van onderneming. De rechten en plichten die de failliete werkgever jegens zijn werknemers had, gaan niet van rechtswege over op de verkrijger, de nieuwe werkgever. Dat kan natuurlijk wel door de curator worden bedongen. Er worden nieuwe arbeidsovereenkomsten met alle werknemers en de nieuwe werkgever gesloten. Dat betekent echter dat wanneer de (nieuwe) arbeidsovereenkomst met een werknemer die mee is overgegaan naar de nieuwe werkgever alsnog wordt ontbonden, zijn dienstjaren bij zijn voorgaande failliete werkgever niet meetellen bij de berekening van de ontbindingsvergoeding. De kantonrechter in Haarlem vond dat toch niet redelijk en paste er een mouw aan.
Een werknemer van een hotel ging na het faillissement van dat hotel werken bij de hotelketen die het failliete hotel had overgenomen. De werknemer werd als Hotel Manager aangesteld, maar hij streefde ernaar General Manager te worden. Zijn werkgever had echter aangegeven dat hij hem ongekwalificeerd achtte voor de functie van General Manager.
Nadat de hotelketen weer een ander hotel had overgenomen, werd onder alle werknemers een organogram verspreid waaruit de nieuwe indeling van de organisatie zou blijken. Daarin stond de functie van Hotel Manager als hoogst leidinggevende aangeduid, dus zonder General Manager boven zich. Echter, vijf dagen later werd de betreffende Hotel Manager verteld dat zijn functie zou komen te vervallen, dat er in plaats van hem een General Manager zou worden aangesteld en dat hij niet in aanmerking kwam voor die functie. De Hotel Manager werd geen andere functie aangeboden en de kantonrechter werd om ontbinding verzocht.
De kantonrechter was van oordeel dat de werkgever (de hotelketen) onzorgvuldig met de werknemer was omgegaan, door een organogram te verspreiden waarmee de werknemer valse hoop werd gegeven. Temeer nu de werknemer onnodig hard is geraakt door de plotselinge daarop volgende mededeling dat zijn functie was vervallen en dat hij niet in aanmerking kwam voor de functie van General Manager terwijl de werkgever wist dat hij die functie ambieerde.Bij de berekening van de vergoeding kon ook volgens de kantonrechter geen rekening worden gehouden met de dienstjaren van de werknemer van voor het faillissement. Dat zou echter volgens de kantonrechter tot een onbillijke uitkomst leiden, zelfs met een correctiefactor van C=2 (waarbij de uitkomst, gebaseerd op het aantal gewogen dienstjaren wordt vermenigvuldigd met het maandsalaris, nogmaals wordt vermenigvuldigd met 2).Om die reden kende de kantonrechter een ontbindingsvergoeding toe, berekend met een correctiefactor C=2,5. Op die manier werd de werknemer niet alleen gecompenseerd voor het onzorgvuldig handelen van zijn werkgever, maar tevens voor het feit dat hij zich al voor het faillissement voor feitelijk hetzelfde bedrijf had ingezet.
De uitspraak is gepubliceerd in JAR 2010, 222
Maartje Oliemans-Ouwehand is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied bedrijven in moeilijkheden.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.