Praktijkgebieden: Vennootschapsrecht
Kan een gemeente aansprakelijk zijn voor uw schade als blijkt dat aan u ten onrechte een bouwvergunning is verleend? Deze vraag kwam aan de orde in een arrest van de Hoge Raad (NJ 2009, 515).
In deze zaak werd eerder door de bestuursrechter vastgesteld dat de gemeente, in strijd met de wet, een bouwvergunning en vrijstelling had verleend voor de bouw van 20 recreatiewoningen. De aanvrager van de vergunning was al gaan bouwen, maar de buurman maakte tijdig bezwaar en vroeg succesvol om schorsing van de bouwvergunning. Het bezwaar werd gegrond verklaard en de bouwvergunning ingetrokken.
Naar aanleiding van een nieuwe bouwaanvraag werd alsnog een bouwvergunning verleend, dit keer met de juiste procedure, en kon de bouw worden afgerond. Maar door de schorsing en intrekking van de eerste bouwvergunning had de aanvrager schade geleden. De bouw kon immers niet zoals gepland gerealiseerd worden waardoor sprake was van extra bouwkosten en gederfde inkomsten uit de verhuur van de recreatiewoningen.
De exploitant van de recreatiewoningen vorderde voor de burgerlijke rechter schadevergoeding wegens onrechtmatig handelen. De bestuursrechter had immers vastgesteld dat het eerste besluit tot verlening van de vergunning in strijd met de wet was. De rechtbank wees de vorderingen af, maar het Hof oordeelde anders: de gemeente werd aansprakelijk geacht voor het verlenen van de (eerste) bouwvergunning. Er volgde een veroordeling van de gemeente tot vergoeding van de vertragingsschade. De gemeente legde de zaak voor aan de Hoge Raad en stelde zich onder meer op het standpunt dat het Hof miskende dat de aanvrager van de bouwvergunning had moeten wachten totdat deze onherroepelijk zou zijn. Door dat na te laten zou op eigen kosten zijn gebouwd.
Bij de Hoge Raad is uitgebreid aandacht besteed aan de leer van de formele rechtskracht. Door de gemeente werd namelijk gesteld dat de vergunninghouder zelf geen gebruik had gemaakt van de bestuursrechtelijke mogelijkheden te ageren tegen de bouwvergunning en dat deze om die reden formele rechtskracht (jegens de vergunninghouder) had verkregen. Gevolg daarvan zou zijn dat niet meer bij de burgerlijke rechter gesteld kon worden dat er geen sprake was van een rechtsgeldig besluit. Dit uitgangspunt is overeenkomstig de heersende leer: degene die geen gebruik heeft gemaakt van de tegen een overheidsbesluit openstaande bestuursrechtelijke rechtsgang, kan zich bij de burgerlijke rechter niet beroepen op de onrechtmatigheid van dat besluit. Maar de Hoge raad bevestigde de uitzondering op deze regel: wanneer de aanvrager van een bouwvergunning aanloopt tegen een vernietiging van die vergunning naar aanleiding van door een derde gemaakt bezwaar wegens strijd met de wet, kan hem niet worden tegengeworpen dat hij verzuimd heeft de onrechtmatigheid van het besluit bij de bestuursrechter aan de orde te stellen. De Hoge Raad is van oordeel dat de aanvrager van een bouwvergunning ervan uit mag gaan dat de gemeente juist handelt en in overeenstemming met de wet vergunning verleent. Nu dit niet geval bleek te zijn werd de gemeente schadeplichtig geacht wegens onrechtmatig handelen. Daaraan deed dus niet af dat de vergunninghouder zelf niet tegen de bouwvergunning was opgekomen bij de bestuursrechter.
Martine Goosens is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied vennootschapsrecht.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.