Praktijkgebieden: Arbeidsrecht
Is de FNV aansprakelijk voor geleden schade van niet-leden door leden te bevoordelen bij het sluiten van een Sociaal plan? Deze vraag kwam onlangs aan de orde in een zaak bij de rechtbank Utrecht Waar ging het precies om?
Bij een werkgever vond in 2005 een reorganisatie plaats waardoor uiteindelijk vijf arbeidsplaatsen zouden komen te vervallen. Drie van de vijf werknemers wier functie kwam te vervallen waren aangesloten bij de vakbond FNV, de andere twee waren dat niet.
In het kader van voornoemde reorganisatie had de werkgever een sociaal plan opgesteld dat zij voorlegde aan FNV. FNV verbond aan haar instemming met het sociaal plan echter de voorwaarde dat haar een bedrag ad€ 64.200,- als vergoeding voor advieskosten werd voldaan. De werkgever stemde in met deze voorwaarde waarna het sociaal plan voor de boventallige werknemers in werking trad.
FNV betaalde vervolgens, kennelijk zonder medeweten van de werkgever, bijna het gehele bedrag van de adviesvergoeding (te weten € 62.500,- van de overeengekomen € 64.200,-) door aan de drie werknemers die bij de vakbond aangesloten waren. Op deze wijze ontvingen de drie bij bond aangesloten werknemers een extra vergoeding bovenop de vergoeding van het sociaal plan, welke vergoeding de twee andere -ongebonden- werknemers niet ontvingen.
In een overleg dat vervolgens tussen deze twee werknemers en de werkgever plaatsvond, is de werkgever op de hoogte gesteld van deze ongelijkheid, waarop de werkgever heeft aangeboden alsnog het verschil in vergoeding te betalen. De werknemers wezen dit aanbod echter af omdat zij ofwel hun baan terug wilden, ofwel een hogere vergoeding dan nu door de werkgever aangeboden, hetgeen geen van beide kennelijk gelukt is.
De twee ongebonden werknemers hebben vervolgens FNV aansprakelijk gesteld voor de door hen geleden schade op grond van het feit dat FNV onrechtmatig heeft gehandeld door welbewust haar eigen leden te bevoordelen door alleen voor hen een extra vergoeding overeen te komen, dan wel dat FNV misbruik heeft gemaakt van haar bevoegdheid om op te treden in het collectieve belang van de werknemers.
De rechtbank oordeelt dat geen sprake is van een onrechtmatige daad van FNV. De maatschappelijke positie van een vakbond brengt niet met zich mee dat voor leden en niet-leden eenzelfde resultaat moet worden bedongen bij onderhandelingen over een sociaal plan aldus de rechtbank. Daarbij weegt de rechtbank mee dat niet-leden niet gebonden zijn aan het onderhandelingsresultaat, in casu het sociaal plan, omdat zij de mogelijkheid hebben hun zaak aan de rechter voor te leggen. Hoewel de rechtbank vraagtekens zet bij de handelswijze van de FNV om de extra bedongen vergoeding voor haar leden onder de noemer van advieskosten uit te betalen rechtvaardigt dit dus niet de conclusie dat sprake is van onrechtmatig handelen.
Ook van misbruik van positie is geen sprake volgens de rechtbank: de primaire doelstelling van de FNV is immers om voor haar leden een goede regeling te treffen. Omdat voorts niet is komen vast te staan dat het handelen van FNV zou hebben geleid tot een beter sociaal plan voor de gebonden werknemers is geen sprake van een onredelijke afweging van belangen tussen de belangen van haarzelf, haar leden, de achterblijvende werknemers en de ongebonden werknemers. Ook is de FNV geen vergoeding verschuldigd op grond van redelijkheid en billijkheid mede omdat de werkgever tenminste eenmaal heeft aangeboden de aanvullende vergoeding te betalen.
Hoewel de ondoorzichtige handelswijze van het FNV niet bepaald chique te noemen is, is het volgens de rechtbank wel rechtmatig. Zowel werkgevers als ongebonden werknemers doen zich er goed aan zich te realiseren dat advieskosten van de FNV gebruikt kunnen worden voor extra ontslagvergoedingen voor leden. Voorzichtigheid is dus geboden!
Fleur Costa Baiôa is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied arbeidsrecht.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.