Praktijkgebieden: Bestuursrecht
Afgelopen week werd duidelijk de Autoriteit Financiële Markten (AFM) zelf actief toezicht zal gaan houden op vastgoedbeleggingen onder de € 50.000,-. Zij maakte bovendien bekend dat zij die financiële grens te laag acht en zich daarom sterk zal maken voor ophoging.
De AFM houdt toezicht op de financiële sector waar het gaat om sparen, lenen, beleggen, pensioenfondsen en verzekeringen. Het doel daarvan is om te zorgen voor transparantie van de markt. Daardoor probeert de AFM misstanden te voorkomen en de consument in staat te stellen om weloverwogen keuzes te maken.
Tot 2006 viel de vastgoedsector niet onder het werkterrein van de AFM. Na wijziging van de Wet op het Financieel Toezicht in dat jaar, veranderde dat. Zoals dat in veel branches gebruikelijk is, heeft de AFM ingezet op zelfregulering door de vastgoedsector. Om die zelfregulering te realiseren is een groot deel van de aanbieders van vastgoedbeleggingen met elkaar in overleg getreden. Zij hebben daarbij de hoofdlijnen voor een gedragscode opgesteld, die elke aanbieder zou kunnen implementeren.
Begin januari werd echter duidelijk dat de beoogde zelfregulering niet tot stand zal komen. Volgens de AFM komt dat doordat de vastgoedsector niet bereid is om het daarvoor benodigde apparaat van toezicht en tuchtrechtspraak op te zetten en in stand te houden. Dit betekent dat de AFM zelf het toezicht en de handhaving moet gaan verzorgen.
Op dit moment wordt in Nederland voor het toezicht een grens gehanteerd van € 50.000,-. Beleggers van grotere bedragen worden geacht (relatief) deskundig te zijn en hun eigen belangen voldoende te kunnen behartigen. De AFM signaleert echter dat slechts 20% van de vastgoedbeleggingen die onder haar toezicht zouden vallen, minder dan € 50.000,- bedragen. Daarbij speelt volgens de AFM ook boven dat bedrag vaak de problematiek die zij wil bestrijden.
Het bedrag van € 50.000,- moet daarom volgens de AFM worden verhoogd. Het bedrag is gebaseerd om een EU-richtlijn. De Nederlandse overheid is van mening dat deze richtlijn op de juiste manier wordt toegepast en er geen ruimte is voor verhoging. De AFM zal daarom zelf in Brussel gaan lobbyen.
Koen van den Berg is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied bestuursrecht.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.