Praktijkgebieden:
Het Europese Parlement en de Raad hebben de Mediation Richtlijn vastgesteld. Met deze richtlijn wordt beoogd om de minnelijke wijze van geschilbeslechting beter te verankeren in de wet. De inwerkingtreding van de Mediation Richtlijn is nog onzeker; waarschijnlijk wordt dat 1 oktober 2008.
Volgens de richtlijn moet iedere lidstaat het gebruik van mediation als geschilbeslechting stimuleren en in de wet verankeren. Met name beoogt de richtlijn om de weg van mediation aantrekkelijker te maken voor burgers. Zo zal iedere lidstaat maatregelen moeten nemen om ervoor te zorgen dat een overeenkomst die wordt gesloten ter beëindiging van het gecshil (een zgn. vaststellingsovereenkomst) uitvoerbaar kan worden verklaard. Dat beteknt simpelweg dat de verplichtingen die uit die overeenkomst voortvloeien, ook daadwerkelijk kunnen worden afgedwongen via de deurwaarder. Tussenkomst van een rechter is dan niet meer nodig. Verder geeft de richtlijn aan dat de mediator niet verplicht kan worden om getuigenis af te leggen van hetgeen tijdens de mediation werd besproken. Evenmin kan tijdens de mediation een verjaring doorlopen, voor zover dat erin resulteert dat een vordering zou vervallen. Maar let op: deze laatste bepaling bevat enkele specifieke uitzonderingen in verband met internationale verdragen waarin kortere verjaringstermijnen staan.
Voor de Nederlandse praktijk betekent de richtlijn weinig nieuws. Waarschijnlijk zal er weinig veranderen, hoewel behoorlijk wat juridische vragen onbeantwoord blijven en valt te voorspellen dat daarop nog antwoord moet komen. Wat bijvoorbeeld als de mediator wel een getuigenverklaring aflegt, ondanks het verbod ? En geldt de richtlijn voor iedere mediator, of alleen voor door de rechtbank erkende mediators ?
Jonathan Barth is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied column.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.