Praktijkgebieden: Vennootschapsrecht
Niet alleen de Nederlandse Besloten Vennootschap gaat op de schop in de Europese concurrentieslag om de meest flexibele rechtspersoon; ook de Duitse GmbH (“Gesellschaft mit beschränkter Haftung”) moet eraan geloven.
Met meer dan 900.000 GmbH's is deze vennootschap de meest gebruikte rechtspersoon in Duitsland. Vanwege de vrije Europese markt, is het echter ook mogelijk om een buitenlandse vennootschap in een ander EU-land op te richten. En het blijkt dat de Engelse Limited het goed doet in Duitsland; de teller staat inmiddels op zo'n 50.000 Limiteds. Reden van de aantrekkelijkheid van de Limited is het zo goed als ontbreken van een minimumkapitaalseis, gecombineerd met beperkte aansprakelijkheid voor de eigenaren.
Om de strijd aan te gaan met de Limited, ligt thans een wetsvoorstel ter herziening van de GmbH voor aan de Bondsdag. Met nog een aantal commissievergaderingen te gaan, wordt de inwerkingtreding eind 2008 dan wel begin 2009 verwacht.
De GmbH “Light” zal straks een minimumkapitaal kennen van€ 10.000 (thans: € 25.000); de minimale nominale waarde van een aandeel zal € 1,- mogen bedragen (nu: € 100). Voorts kan de nieuwe GmbH straks opgericht worden zonder notariële akte. In ruil voor deze flexibilisering van met name het kapitaal, zullen de regels ter voorkoming van misbruik aangescherpt worden. Dit is te vergelijken met de aanstaande Flex-BV in Nederland. Bij ons zal het minimumkapitaal straks helemaal verdwijnen, met daar tegenover strengere aansprakelijkheidsregels voor het bestuur.
Maja Bolè is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied vennootschapsrecht.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.