Praktijkgebieden: Bestuursrecht
Eerder berichtten wij al dat de gemeente Amsterdam afgelopen november de nieuwe Nota Hotelbeleid 2007-2010 heeft vastgesteld (14 december 2007). In deze nota staat dat in de Amsterdamse binnenstad duizend extra kamers gerealiseerd moeten worden. Reden voor het stadsdeel Centrum om het Amsterdamse Hotelbeleid nader uit te werken in de nota Hotelbeleid voor de binnenstad 2008-2011.
In de nota Hotelbeleid voor de Binnenstad 2008-2011 benoemt het stadsdeel Centrum op welke wijze de 1000 nieuwe hotelkamers over de binnenstad verdeeld kunnen worden. Hiertoe zijn drie soorten criteria bedacht: algemene, aanvullende en die voor hotels in het topsegment.
De algemene criteria zijn altijd van toepassing en alle hotelinitiatieven moeten hieraan voldoen. Een van deze criteria is dat het hotel de menging van de verschillende functies in de omgeving bevordert. Maar ook het leveren van een kwaliteitsimpuls voor de omgeving, geen overmatige verkeersaantrekkende werking en geen afbreuk aan de architectonische kwaliteit zijn algemene criteria waaraan de hotelontwikkeling moet voldoen.
Naast deze algemene criteria zijn ook aanvullende gebiedscriteria gesteld. Voor sommige gebieden geldt namelijk een richtlijn voor het maximum aantal kamers waarvoor ruimte is. Zo mogen er bijvoorbeeld in de Jordaan circa 50 hotelkamers bijkomen, terwijl op het Leidseplein ongeveer 80 extra kamers worden toegestaan. Deze aanvullende criteria gelden niet voor de drie voorkeursgebieden “Centrum Oost”, “Singelgrachtzone”, met uitzondering van de Den Texbuurt, en “Prins Hendrikkade”. Voor deze gebieden is de groei van het aantal kamers niet aan een maximum gebonden(behalve de 1000 kamernorm).
Tenslotte heeft het stadsdeel nog criteria voor hotels in het topsegment opgesteld. Stadsdeel Centrum wil in de binnenstad ruimte bieden aan twee tophotels (dat zijn hotels die boven het niveau van de huidige Amsterdamse vijfsterrenhotels zitten), en reserveert hiervoor ongeveer 300 kamers. Deze tophotels mogen overal worden in het centrum worden gerealiseerd. Daarbij hoeft geen rekening te worden gehouden met het voor dat gebied geldende maximum aantal kamers.
De conceptnota Hotelbeleid voor de binnenstad 2008 – 2011 ligt momenteel voor inspraak ter inzage. Verwacht wordt dat het nieuwe hotelbeleid voor de binnenstad in april 2008 door de deelraad Centrum zal worden vastgesteld. Wij volgen de ontwikkelingen.
(Zie http://www.centrum.amsterdam.nl/smartsite.dws?id=23564 voor persbericht en de link naar de nota zelf).
Claudia Koenen is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied bestuursrecht.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.